Daily Archives: April 9, 2010

Troje

 

Er zijn verhalen die een bijzondere indruk op je maken. Ik heb altijd inspiratie geput uit de verhalen over mensen die bijzonder ondernemend waren; die een idee hadden en dat niet lieten rusten voordat ze het in realiteit hadden omgezet. Eigenlijk zijn er drie van dat soort verhalen die me sinds mijn jeugd hebben gefascineerd. In de eerste plaats was dat het relaas over Heinrich Schliemann, de succesvolle zakenman die het oude Troje wilde vinden. Daarnaast was er ene mr. George Smith, de Engelse postbode, die zichzelf spijkerschrift leerde en in het Brits Museum in Londen stukjes van het Gilgamesj zondvloed-epos vond. Smith wilde toen de kleitabletten vinden waarop de rest van het verhaal te vinden was. Hij slaagde er na ontzettend veel moeite in de mensen en de middelen te vinden om een expeditie uit te rusten naar het oude Nineve, waar men inderdaad de bibliotheek van de Assyrische koning Assurbanipal vond en, wonder boven wonder, zelfs de ontbrekende kleitabletten. Ik heb het Brits Museum vaak bezocht en natuurlijk de betreffende kleitabletten gezien. En na een bezoek aan Irak aan het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw, waarbij ik  naar Nineve ben geweest, kan ik me enigszins een voorstelling maken van waar die bibliotheek ooit was.

 

Dan was er het verhaal van Konstantin von Tischendorff, de man die op reis was in het Midden-Oosten en in de Sinaiwoestijn een plek zocht om te overnachten. Hij klopte aan bij het St. Catherinaklooster, vlak bij de berg waarop Mozes volgens de overlevering die Tien Geboden van de Heer in ontvangst mocht nemen. Daar kwam hij tot de ontdekking dat de monniken een schat aan kostbare oude bijbelhandschriften bezaten, maar daar nogal slordig mee omgingen. Hij wist, na de nodige verwikkelingen, in1859, een oude, haast volledige codex van het Nieuwe Testament te bemachtigen. Vandaag de dag wordt deze Codex Sinaiticus beschouwd als een van de belangrijkste bronnen voor het vaststellen van de oorspronkelijke tekst van het Nieuwe Testament en is hij een van de pronkstukken van het British Museum. Bijna twintig jaar geleden had ik tijdens een van mijn reizen door Afrika een paar vrije dagen in Egypte en dat maakte mijn droom om ooit Tischendorf te volgen naar het St. Catherinaklooster tot werkelijkheid.

 

Tot gisteren bleef het aanschouwen van Troje, de plek die mijn derde held, Schliemann, al lezend in de Ilias van Homerus wist te identificeren en uiteindelijk vond, een onvervulde droom. Maar gisteren liep ik dan tussen de restanten van het oude Troje. Het was een stop van zo’n anderhalf uur tijdens de busreis van Istanboel naar Pergamum, de eerste van ‘de zeven gemeenten’ waarvan we de restanten vandaag zullen zien. Troje is qua ‘site’ niet de meest interessante die je je denken kunt en het wanstaltige (namaak)paard van Troje, waar je in kunt klimmen (ik kon de behoefte dat te doen redelijk snel onderdrukken) doet super-kitcherig aan. Maar het deed me wel wat, eindelijk nu de sleuf te hebben gezien die Schliemann destijds in1870 heeft gegraven. Schliemann vernielde al gravend helaas wel het een en ander en hij had ook niet helemaal de goede laag te pakken toen hij dacht dat hij het Troje van de tijd van de Trojaanse Oorlog met Griekenland had gevonden, maar hij bereikte het doel dat hij zich had gesteld!

 

Van Troje gaat de reis verder de ‘zeven gemeenten’.  Vandaag staat een bezoek aan Pergamum op het programma, en daarna zullen we de komende dagen Sardes, Philadelphia, Laodicea en, natuurlijk, Efeze bezoeken. Ten slotte zullen we Patmos aandoen. Het is een zgn. oriëntatiereis die aan reisleiders wordt aangeboden die met een gezelschap deze zelfde reis gaan maken en hun evenement laten organiseren door de Drietour reisorganisatie in Driebergen. Over zo’n zes weken hoop ik met zo’n dertig senioren opnieuw naar deze contreien te gaan en dan redelijk goed voorbereid te zijn om die groep te leiden. Ik maak dan ook driftig aantekeningen over de hotels, de plaatsen van de toiletten onderweg en de pleisterplaatsen voor koffiepauzes, etc., etc.

 

Maar nu zal ik eerst beproeven of ik deze weblog via het hotel-internet kan ‘laden’. Als u deze blog kunt lezen is er in elk geval geen ‘Trojan horse’ geweest die mijn laptop met eevirus heeft geïnfecteerd.