Daily Archives: April 14, 2011

Onverdoofd en ondoordacht?

 

Het gerucht gaat dat ik het een en ander afweet van allerlei aspecten van het postmodernisme. Als gevolg daarvan word ik zo af en toe gevraagd er iets over te komen vertellen of er iets over te schrijven.  Zo kwam er een dag of tien geleden een verzoekje van het halfjaarlijkse tijdschrift Conscience et Liberté om voor 1 juni een artikel van ongeveer 4000 à 5000 woorden te leveren over de invloed van het postmoderne denken op de ontwikkelingen ten aanzien de mensenrechten, toegespitst op het recht van vrijheid van godsdienst. Tussen de bedrijven door liep ik de afgelopen dagen wat na te denken over hoe ik dat zal aanpakken en waar ik bronmateriaal en voorbeelden zou kunnen vinden. Maar wat dat laatste betreft, soms krijg je plotseling het een en ander aangereikt.

 

Op woensdagavond was Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren te gast bij Knevel en van den Brink in hun programma Moraalridders. Het gesprek ging natuurlijk over haar wetsontwerp dat het onverdoofd ritueel slachten van dieren moet verbieden. Daarover is nogal wat commotie ontstaan, vooral van de kant van joodse en islamitische leiders. Deze beweren dat een dergelijke maatregel in strijd zou zijn met het recht op godsdienstvrijheid. Voor joden en moslims is het onverdoofd ritueel slachten van dieren een belangrijk element van hun geloofsovertuiging. Moet dat recht niet geëerbiedigd worden? Ja, zeggen de joden en de moslims. Nee, zegt de PvdD bij monde van haar fractievoorzitter: Godsdienstvrijheid is geen absoluut recht, maar moet soms afgewogen worden tegen andere rechten—in dit geval het recht van het dier. Ook dat is een essentieel grondrecht. Uitoefening van een grondrecht (in dit geval de vrijheid van godsdienst) mag nooit en te nimmer schade toebrengen aan een ander levend wezen.

 

Deze kwestie is een goed voorbeeld van een probleem dat zich steeds vaker aandient. Hoe absoluut of relatief zijn de zgn. grondrechten, zoals met name dat van de godsdienstvrijheid? Is het ene recht belangrijker dan het andere? En wie bepaalt dat dan? En zakt godsdienstvrijheid langzaam maar zeker op de rangorde van deze rechten? Zien we hier een voorbeeld van het prevaleren van een pragmatische boven een principiële aanpak (een postmodern verschijnsel!)? Zien we hier ook een voorbeeld van het groeiende verschijnsel in onze postmoderne wereld dat het welzijn van de gemeenschap voor velen  belangrijker is dan het welbevinden van een individu of minderheid?

 

Is misschien het burka-verbod dat deze week in Frankrijk van kracht geworden is ook een goede illustratie die ik zou kunnen gebruiken in mijn artikel? Is dit ook een geval waarin het recht van het individu om zich, op religieuze gronden, op een bepaalde wijze te kleden, het moet afleggen tegen wat de gemeenschap prettig vindt?

 

Het is, bij nader inzien, niet moeilijk andere illustraties te vinden. Hoe gaat de Nederlandse gemeenschap om met ambtenaren van de burgerlijke stand die op gewetensgronden geen homohuwelijk willen sluiten? Of met de man die op het dak van zijn boerderij uitdrukking wil geven aan zijn geloof met de tekst: Jezus redt?

 

Voor alle duidelijkheid. Onverdoofd slachten wekt bij mij grote afkeer. En, ik zie liever niet dat vrouwen zich, al dan niet gedwongen, verstoppen onder een donkere tent. Als de wet zegt dat er homohuwelijken mogen worden gesloten, dan dient dat te kunnen gebeuren. En ik zie ook weinig heil in religieuze teksten in koeienletters op daken van schuren of boerderijen.

Maar toch . . . 

 

Adventisten hebben een sterke traditie van zich in te zetten voor vrijheid van godsdienst. Ik vind het jammer dat de belangstelling hiervoor lijkt af te nemen of, in elk geval selectiever wordt. Het is niet moeilijk om sympathie te koesteren voor degenen met wie je je verwant voelt. Of je echt een voorstander van vrijheid van godsdienst bent blijkt pas als het gaat om de overtuigingen van mensen met wie je het grondig oneens bent of die zelfs je antipathie opwekken.

 

Natuurlijk is alles niet zo simpel als sommigen denken en zijn er situaties te bedenken waarin absolute vrijheid van godsdienst niet mogelijk of wenselijk is. Maar, zoals een oud Nederlands gezegde luidt: Let op uw saeck!  Op zijn minst zou er binnen de Adventkerk wel eens wat meer discussie mogen zijn over dit onderwerp. Voor wie graag verwijst naar ‘oude’ adventistische tradities: Inzet voor de vrijheid van godsdienst behoort tot die categorie!