Daily Archives: Juli 28, 2012

De Spelen

 

Het zat Nederland niet mee tijdens de Europese Kampioenschappen voetballen. Voordat het spektakel begon zag Oranje-minnend Nederland de vaderlandse ploeg al met de beker in handen staan, of op zijn minst een eervolle finale spelen. Maar al tijdens de eerste wedstrijd ging het mis en gingen we roemloos tegen Denemarken ten onder. Nu heb ik niet veel verstand van voetballen, maar van de Denen verliezen schijnt echt heel tragisch te zijn.

Tijdens de Tour de France is het de Nederlandse rijders niet veel beter afgegaan. Een zekere Laurens ten Dam, van wie ik nooit eerder had gehoord, ging als beste Nederlander op een armzalige 28e plaats in Parijs over de finish.

En nu zijn dan gisteravond de Olympische Spelen in Londen begonnen.  Ruim tienduizend sporters zullen daar de komende weken strijden om 302 gouden medailles en om evenveel zilveren en bronzen eerbewijzen. Hoeveel gouden plakken gaan de 178 Nederlandse sportvrouwen en sportmannen in de wacht slepen bij de 18 onderdelen waaraan ze gaan meedoen? Ik heb begrepen dat we misschien zo’n achttal keren het Wilhelmus mogen verwachten vanwege een gouden medaille. We zullen zien.

Wereldwijd zijn de verwachtingen hoog gespannen. China, de Verenigde Staten en Rusland zullen wel weer aan de top van de medaillespiegel staan. Maar elk land hoopt te zullen winnen. Ik sprak een paar dagen geleden met een Afghaanse jongeman die er alle vertrouwen in heeft dat zijn land op het taekwondo onderdeel als winnaar uit de bus zal komen. Na wat uitleg weet ik nu ook dat daarmee een van oorsprong Koreaanse, ongewapende, vechtsport wordt bedoeld.

Hoe belangrijk is het om te winnen? ‘We gaan voor goud,’ horen we herhaaldelijk. [Met minder ben ik niet tevreden, zei Marianne Vos]. De monetaire waarde van de gouden medaille is echter beperkt, want de gouden plakken bevatten maar 6 gram goud—de rest is zilver.  Het gaat duidelijk om de persoonlijke en om de nationale eer. En natuurlijk is dat een factor die telt. Ik kan gemakkelijk zeggen dat dit voor mij niet zou tellen, aangezien de kans dat ik ooit voor zo’n medaille in aanmerking kom ergens in de orde van 1 op 7 miljard is.

Maar toch . . . Is het ergens aan mee mogen doen in feite niet belangrijker dan de eerste te worden? Want is het zo erg als een ander ietsje beter is dan jij bent? Of je eerste wordt hangt trouwens toch niet alleen of van of je echt de beste ergens in bent. Je kunt ook gewoon een keer pech hebben. Of je kunt een keer niet fit zijn, of uit je concentratie geraken. Gaat het er niet om dat je je goed voorbereidt en dat je gewoon doet wat je kunt? Dat geldt, lijkt mij, voor al die tienduizend sporters in Londen. En dat geldt de komende week ook weer voor ons allemaal.

Het leven is voor velen van ons een grote, constante competitie waarin we de beste moeten zijn. Kunnen we niet in de allereerste plaats blij zijn dat we de kans hebben om mee te doen? En zullen we dan maar gewoon onze uiterste best doen? En gewoon accepteren dat we soms onze dag niet hebben of dat een ander gewoon beter is? Steeds maar uitsluitend ‘voor goud gaan’ leidt meestal tot teleurstelling.