Daily Archives: November 12, 2012

Gemengde gevoelens

 

Drie zondagen achter elkaar waren bijna tweehonderd mensen bijeen in Scherpenzeel om te praten en te beslissen over het wel en wee van de Adventkerk in Nederland. Er werd kritisch naar de afgelopen bestuursperiode (2007-2012) gekeken. Er werd herhaaldelijk geconstateerd dat er bestuurlijk wel het een en ander mis is gegaan. Daarom werden er diverse voorstellen ingediend—en aangenomen—om een aantal reparaties te verrichten en bepaalde problemen in het vervolg te vermijden. De discussie was van tijd tot tijd tamelijk verhit.  Maar het ging wel ergens over.

De (her)verkiezing van voorzitter Wim Altink had heel wat voeten in de aarde en werd zelfs op de laatste van de drie congresdagen nog opnieuw ter discussie gesteld. Maar gelukkig werd aan het eerdere besluit niet getornd. De keuze van Tom de Bruin als secretaris was verre van unaniem.  Was het misschien zijn leeftijd (33 jaar) die op bezwaren stuitte?  Ik moet erkennen dat de keuze ook mij verraste en dat ik ook eventjes aan het leeftijds-facet dacht. Maar ik herinnerde me toen al snel dat ikzelf nog een paar jaar jonger was, toen ik in een bestuurlijke rol binnen de kerk terechtkwam.  De naam van de nieuwe penningmeester kwam eveneens als een verrassing, maar kennelijk was de informatie over diens financiële expertise geruststellend genoeg om hem van een comfortabele en snelle verkiezing te verzekeren. Bij de invulling van de andere posten keek menige afgevaardigde op van de verkiezing van Hans Ponte als coördinator van het jeugdwerk. Maar er bleek grote mate van instemming. Mijn bewondering voor iemand die rond de leeftijd van zestig jaar een dergelijke veeleisende taak (ook in fysiek opzicht) op zich wil nemen!

Ik was blij verrast dat het behandelen van de moties, die ter bestudering aan het plannencomité waren doorgegeven, zo gladjes verliep.  Urenlang hadden we als comité gewikt en gewogen over wat wel of niet in het belang van de kerk zou zijn, en over hoe een en ander geformuleerd moest worden. Ik had het voorrecht om dit comité voor te zitten en vervolgens ook in de plenaire zitting het resultaat toe te lichten.  Het vrat energie en ’s avonds was ik tot weinig anders nog in staat dan om met mijn vrouw naar de plaatselijke pizzeria te gaan en mijn voorkeurspizza (quattro fromaggio) te verorberen.

Al met al maakte het tamelijk soepele verloop van de middag van de derde dag dat ik naar huis ging met een minder grote kater dan na dag 1 en dag 2. Maar ik had toch gemengde gevoelens.  Ja, we hadden de agenda afgewerkt. En ja, ik was blij met de keuze van de leiders van de Nederlandse kerk en de keuze van het nieuwe bestuur. En ja, ik was ook blij dat er geen moties waren aangenomen die naar mijn mening de klok van de kerk vele jaren terug zouden zetten.

Maar er is ook een andere kant. Ik kan wel begrijpen dat er soms een zekere achterdocht was omdat de bestuurders er kennelijk de afgelopen periode niet in slaagden voldoende transparant te zijn. Ik kan ook begrijpen dat er tegenstemmers waren bij het kiezen van enkele van onze leiders. En ik wil respect hebben voor afgevaardigden die niet konden instemmen met bepaalde trends en met bepaalde ideeën die door enkele moties werden bekrachtigd (zoals de overtuiging dat het moet ophouden met de ongelijke behandeling van mannen en vrouwen binnen de kerk). Of, om het dichter bij huis te brengen: Ik wil accepteren dat anderen over bepaalde dingen anders denken dan ik.

Maar ik kan met de beste wil van de wereld niet begrijpen dat er tegenstemmers zijn bij een motie die vraagt om onderling begrip en tolerantie.  En dat er bij sommigen een aarzeling is om in stemmen met het ideaal van een ‘betrokken’ kerk.

De brandende vraag blijft: Wat kunnen we in Godsnaam doen om, ondanks verschillen in opvattingen en cultuur, ervoor te zorgen dat we allemaal beseffen dat we op hoofdlijnen één zijn en ons met volle overtuiging gezamenlijk aan onze opdracht willen wijden?

Die gedachte houdt mij bezig nu ik (maandagmiddag) in de trein zit naar Parijs, waar ik morgen de kerk in België en Luxemburg (met enkele anderen) vertegenwoordig bij de jaarvergadering van de Franco-Belgische Unie. Ik neem aan dat de twee dagen van vergaderen weinig vuurwerk zullen brengen. Eigenlijk zie ik het als een korte rustperiode tussen een paar drukke weken die achter me liggen en een heel volle week die op zondag a.s. begint. Acht dagen lang trek ik dan met Peter Roennfeldt (de Australische kerkgroei-expert die ons ook in Europa regelmatig komt adviseren) door België en Luxemburg in een poging de predikanten en Adventgemeenten verder te inspireren. Ik verwacht er veel van.