Daily Archives: Juni 15, 2013

Korte nachten

 

Het zijn korte nachten hier in Kramfors, in het zuiden van Noord-Zweden. Gisteravond ging de zon om 22.55 uur onder en vanmorgen kwam de zon om 2.43 uur weer op. Maar ook in die slechts bijna vier uur durende nacht wordt het niet echt donker. Na een weekje went dat altijd weer snel. Thuis in Zeewolde verduisteren de gordijnen onze slaapkamer compleet en zie je geen hand voor ogen. In ons Zweedse slaapvertrek laten de gordijnen een flinke hoeveelheid licht door en daar heb ik de eerste nachten ’s zomers altijd wat last van. Maar alles went.

Nog een week, dan is het midzomer—altijd een gebeuren van belang in heel Scandinavië. In Zweden is het in feite de belangrijkste feestdag van het jaar. Meestal zijn we iets later in de zomer in Zweden en we hebben daardom tot dusverre slechts één keer dit feest meegemaakt en genoten van het oprichten van de ‘meiboom’—in het Zweeds de majstång of midsommarstång genoemd.  Dat staat dus voor het volgend weekend op het programma.

Vandaag wordt in Kramfors het jaarlijkse ‘stadsfest’ gevierd. Je zou dat het beste kunnen typeren als een kruising van een braderie en een kermis. Het is niet direct het soort vermaak waarvoor ik een grote omweg zou maken, omdat ik het beslist zou willen meemaken. En zeker op zaterdag kies ik gewoonlijk voor andere bezigheden. Maar vandaag zal ik wat dat betreft een uitzondering maken. Ik denk niet dat ik het goed aan mijn twee kleindochtertjes van vijf en twee kan uitleggen waarom ‘farfar’ en ‘farmor’, die maar heel af en toe op bezoek komen, niet met ze mee willen naar dit grandioze festijn. Daar zullen we ze het later nog wel eens met hen over hebben.

Overigens vraag ik me wel eens af hoe sabbatvierders aan hun sabbat inhoud geven als ze in een gebied wonen waar geen sabbatvierende gemeenschap te vinden is. Hier zijn in de wijde omtrek geen zevende-dags adventisten te vinden. Voor zover ik weet wonen er enkele geïsoleerde kerkleden op ongeveer 80 kilometer van hier. Het betekent voor ons dat we gewoonlijk tijdens onze bezoeken aan Zweden onze kerkgang moeten overslaan. Dit jaar worden het zelfs zo’n vier kerk-vrije sabbatten. Het is iets dat ik beslist mis. Thuis gebeurt het een heel enkele keer dat ik op zaterdagmorgen vrij ben en de kans waarneem om eens lekker uit te slapen. We hebben het dan over hooguit één of twee keer per jaar. Afgezien daarvan is kerkbezoek een vast onderdeel van de sabbat. En, eerlijk gezegd, vind ik het zelf fijn om als regel in een dienst voor te gaan.

Toch weet ik nog wel hoe het is om adventist te zijn in een omgeving waar geen andere kerkleden wonen. Toen mijn ouders in 1947 vanuit Amsterdam naar de kop van Noord-Holland verhuisden, was er in die provincie ten noorden van de lijn Haarlem-Amsterdam alleen een piepkleine gemeente in Den Helder.  In het dorp waar wij waren terechtgekomen bestond de bevolking uit Nederlands-Hervormden, Gereformeerden en Rooms-katholieken. Verder was er één mevrouw die Jehovah’s Getuige was geworden en dan was er de familie Bruinsma, die door de meeste dorpsgenoten als een soort gereformeerden werden beschouwd, maar dan met hun rustdag op zaterdag en niet op zondag.  Zo halverwege de jaren vijftig (van de vorige eeuw) ontstond de Adventgemeente Alkmaar, maar daarvóór moesten we het zonder regelmatig kerkbezoek doen. Eens per maand kwam een predikant bij ons een ‘huisdienst’ houden.

Het wordt vandaag wel een echte rustdag na een week van fikse fysieke arbeid. Ik moest vooral het schilderen en behangen weer even onder de knie krijgen, want het was jaren geleden dat ik het voor het laatst had gedaan. Maar, als de nood aan de man zou komen, zou ik er misschien toch nog mijn brood mee kunnen verdienen.  Ik ga er echter van uit dat deze fase van handenarbeid in het huis van mijn zoon van weliswaar hevige maar beperkte duur zal zijn.