Daily Archives: Augustus 17, 2013

De hemel

 

Ik ben halverwege in het boek van Hans Buddingh over De Geschiedenis van Suriname. Het zijn ruim 500 bladzijden, maar het verveelt geen moment.  Ik heb Suriname slechts drie maal bezocht en al lezend bekruipt me het verlangen om er nog eens naar toe te gaan, maar om dan ook wat verder in de binnenlanden door te dringen dan destijds, toen ik hoofdzakelijk in Paramaribo en de kuststrook bleef.  Natuurlijk heeft het boek veel aandacht voor de slavernij.  Op blz. 125 staat een klein zinnetje waar ik deze week steeds weer aan moest denken. De slaven werden vaak heel slecht behandeld en velen overleefden hun straffen niet. Maar volgens sommige berichten waren ze niet bang voor de dood, want ze geloofden in een hiernamaals waar ze door blanken zouden worden bediend!

Als je slaafs onderworpen bent aan de luimen van blanke meesters ligt het voor de hand dat je ultieme verlangen is dat eens de rollen omgedraaid zullen zijn. Dat zou een paradijselijke toestand zijn!

Thuis heb ik een interessant boek: The History of Heaven, waarin de schrijver een massa voorbeelden geeft van hoe het beeld dat mensen van de hemel hebben altijd heel sterk bepaald werd (en wordt) door historische en culturele omstandigheden. (Ik kan het boek er nu even niet bijpakken, want ik ben opnieuw een tweetal weekjes in Zweden om in het huis van mijn zoon te klussen.)

Voor islamstrijders, die zich tijdens hun inzet voor het ware geloof veel moeten ontzeggen, is de paradijselijke vergoeding voor al hun lijden dat zij straks, na hun dood, kunnen beschikken over een flink aantal aantrekkelijke maagden.

Voor de oudtestamentische profeet Jesaja was er geen betere toekomst denkbaar dan de tijd dat men van de vruchten kan genieten van de wijngaard die men zelf heeft geplant en het huis dat men voor zichzelf heeft kunnen bouwen. De hemel was dus de plaats waar je niet langer hard moet werken terwijl een ander er de vruchten van plukt!

Voor veel christenen is de hemel de plaats waar ze direct na de dood als onsterfelijke zielen voortleven, in afwachting van de opstanding van hun lichaam. Ik heb dat altijd een heel mistig verhaal gevonden. Waarom heb je nog een lichaam nodig als je ziel toch al bij de Heer jubelt?

Als ik me een beeld van de hemel probeer te maken denk ik altijd onwillekeurig aan het prachtige strand, zo’n vijftien kilometer buiten Abidjan, de hoofdstad van Ivoorkust, waar we ooit ruim vier jaar woonden. Vaak gingen we op zondag naar het palmenstrand. Maar als je er wat verder over nadenkt . . . Voor ons was het onbezorgd genieten, maar of het ook zo leuk was voor de vrouwen die met grote bakken ananassen op hun hoofd langs de (goeddeels blanke) badgasten liepen om hun waar te slijten en zo nog een paar centen te verdienen . . .

Voor veel bijbellezers geven de laatste twee hoofdstukken van het boek Openbaring een stuk houvast. Daar lezen we over het nieuwe Jeruzalem met zijn straten van goud en zijn paarlen poorten. Als ik eerlijk ben zegt me dat niet zo veel. Maar ja, het is ongetwijfeld een beeld dat mensen zo’n 2.000 jaar geleden moet hebben aangesproken: een ommuurde stad waar het absoluut veilig zal zijn.  Ik word niet blij als ik lees dat er geen zee meer zal zijn. Maar voor mensen die bang waren voor het woeste water was dat een enorme geruststelling.  Het paradijs was voor de lezers in de eerste eeuw een toestand waarin alle angsten voor dingen die het bestaan bedreig zijn weggenomen.

Het probleem met alle menselijke ideeën over de hemel is dat het menselijke voorstellingen zijn. Dat kan ook niet anders. We hebben alleen menselijke beelden tot onze beschikking om over de eeuwigheid te kunnen dromen. Maar we moeten wel beseffen dat eeuwigheid, en alles wat daarmee te maken heeft, categorieën zijn die bij God horen. En daarom schieten onze ideeën per definitie tekort.  Voor Surinaamse ex-slaven geldt: Door blanken worden bediend mag een ultiem genot lijken, maar het wordt uiteindelijk nog veel beter. En hoe moeilijk ik me dat ook kan voorstellen, de eeuwigheid wordt nog een heel stuk aangenamer dan het strand bij Abidjan.  En dan ga ik er voorlopig toch maar vanuit dat de mededeling dat er geen zee meer zal zijn een symbolische betekenis heeft.