Daily Archives: Oktober 5, 2013

Van Venetië naar Battle Creek

 

Overal in Venetië kom je het symbool van de gevleugelde leeuw tegen. Het is het symbool van de stad en, vroeger, van de onafhankelijke Republiek Venetië. Na mijn reisgids te hebben geraadpleegd viel het kwartje. Het symbool staat voor Marcus, de schrijver van een van de evangeliën, naar wie de enorme San Marco basiliek is genoemd. [Al vanaf de eerste eeuwen worden vier symbolen op de evangelisten, Mattheüs, Marcus, Lucas en Johannes, toegepast: respectievelijk een gevleugeld mens (of engel), een gevleugelde leeuw, een gevleugeld rund en een adelaar.]

Hier, in de stad Venetië, waar ik me eerder deze week een paar dagen als toerist geen moment heb verveeld, worden de overblijfselen van de evangelieschrijver Marcus bewaard, behalve zijn hoofd, want dat bevindt zich in Alexandrië. Het schijnt dat de Venetiaanse kooplieden aan het begin van de negende eeuw zich als gewiekste ‘body snatchers’ hebben gedragen en het felbegeerde lichaam van Marcus naar de kerk van hun stad hebben gebracht. Bij een latere restauratie van de San Marcos basiliek, in 1054, bleek echter het lichaam van de evangelist onvindbaar, maar gelukkig gebeurde er een wonder. Vanachter een pilaar stak Marcus zijn arm uit, en wees hij de doge (de heerser van Venetië) de plaats waar men zijn lichaam kon vinden.

En route van Florence naar Venetië lag het voor de hand om ook Padua even aan te doen. Daar ontdekte ik dat men in de domkerk de relikwieën van St. Lucas bewaart. Ook daaraan zijn bijzondere verhalen verbonden. Een Servische vorst kocht Lucas’ lichaam voor 30.000 gouden munten van een Ottomaanse sultan. Na een volgende transactie kwamen de relikwieën in Padua terecht, hoewel niet zo lang geleden een van Lucas’ ribben werd afgestaan aan Thebes.

Een paar jaar geleden bezocht ik de plaats die door de traditie als het graf van Johannes wordt aangewezen, in de naar hem genoemde basiliek in Efeze. Er is een redelijke mate van zekerheid dat Johannes inderdaad, na zijn vrijlating van Patmos, in het naburige Efeze heeft gewoond en het is dus niet onmogelijk dat hij daar werd begraven.

Ik had nu dus de laatste rustplaats van drie van de vier evangelieschrijvers bezocht en vroeg me af of ik ook nog de plek kon bezoeken waar men toevallig het lichaam van Mattheüs had gevonden. Na even googlen kwam ik er achter dat men in 1080 in de Zuid-Italiaanse stad Salerno onverwachts op de overblijfselen van Mattheüs stuitte en sindsdien komen pelgrims in groten getale naar de plaats waar deze belangrijke relikwieën worden bewaard.  [Misschien kan ik daar volgend jaar eens een kijkje nemen, want ik ben uitgenodigd om dan in Sicilië een seminar te houden voor de Italiaanse predikanten die zich daar voor een weekje hopen te verzamelen. Als ik per auto mocht gaan, ligt Salerno aardig op de route.]

Uit toeristisch en historisch oogpunt is het heel interessant om met deze dingen bezig te zijn. En het levert gedenkwaardige foto’s op. Maar het bizarre gedoe met relikwieën is mij als protestantse christen natuurlijk een doorn in het oog. Het zet je als adventistisch christen echter nog wel even verder aan het denken. Het feit dat er drie huizen van Ellen White, in respectievelijk Battle Creek (MI), Avondale (Australië) en St. Helena (CA), kunnen worden bezocht is nog tot daar aan toe, want een bezoek aan deze plaatsen voegt wel wat toe aan je historische kennis. Maar met het even mogen vasthouden (in de kluis in Silver Spring, MD, waar de manuscripten van Ellen White worden bewaard) van de acht kilo zware Bijbel die zij tijdens een visioen een half uur omhoog hield, wordt misschien toch wel een gevaarlijke grens overschreden. En voor menig adventist heeft een bezoek aan de begraafplaats van Battle Creek en een tochtje langs de graven van de adventistische pioniers toch wel snel iets van een bedevaart.

De kerkhervormers hebben zich terecht van elke vorm van ‘gedoe’ met relikwieën en verering van ‘heiligen’ afgekeerd. In hun voetsporen moeten we dat blijven doen ten aanzien van alles wat daar ook maar een beetje op lijkt.