Daily Archives: Juli 3, 2015

Ver-van-mijn-bed-show

 

Ik schrijf deze blog op de dag dat in San Antonio, Texas, het vijfjaarlijkse wereldcongres van de Generale Conferentie begint. Het is voor het eerst in enkele tientallen jaren dat ik er niet bij ben—maar toch gaat alles kennelijk gewoon door! In 1966 bezochten mij vrouw en ik het congres in Detroit tijdens het weekend. Dat was op een paar uur rijden afstand van Andrews University, waar ik toen studeerde. Ik herinner me meer van de autopech die ik op de terugweg met mijn gammele Pontiac Tempest had dan van het congres zelf. In 1975 was ik een gast tijdens het congres in Wenen. En ik ging als afgevaardigde naar de congressen in New Orleans (1985), Indianapolis (1990), Utrecht (1995), Toronto (2000), St. Louis (2005) en Atlanta (2010).

Wij zijn in de periode van dit congres op vakantie in Zweden. Nu (donderdagmorgen) maken we ons klaar voor de tweede etappe van de rit naar onze eindbestemming in Kramfors in Zweden. Aanstonds rijden we vanaf de omgeving van Vejle (midden-Jutland) zo’n 240 km naar het Noorden van Jutland, om vanuit Frederikshavn over te varen naar het Zweedse Göteborg. Wij hopen vanavond te logeren in een Ibis Styles hotel in Örebro en morgen (vrijdag) volgt dan de laatste 650 km naar de plaats van bestemming.

Ik zal de komende tien dagen, vooral langs digitale weg, proberen op de hoogste te blijven van de belangrijkste elementen van het komende ‘Generale Conferentie’-congres. Natuurlijk ben ik vooral benieuwd wie de komende vijf jaar de nieuwe leiders zullen zijn van de wereldkerk, maar ook in het deel van Europa waaronder de kerk in Nederland ressorteert. Vooral de vraag of Ted N.C. Wilson een nieuwe termijn krijgt als voorzitter van de wereldkerk is spannend (hoewel ik er bijna zeker van ben dat hij met gemak herkozen zal worden). Samen met een groot aantal mensen (vooral in Europa en de VS) hoop ik dat er, (ondanks nog vijf jaren Wilson) verandering komt en dat er een minder krampachtig conservatieve wind vanuit Washington zal gaan waaien. Maar ik vrees het ergste.

Dan wil ik graag volgen wat er gebeurt bij de discussie en de stemming over de veranderingen in de bewoordingen van een aantal fundamentele geloofspunten, vooral met betrekking tot punt 6, over de schepping. Er wordt een aanscherping voorgesteld die mij volstrekt onnodig (en ongewenst) lijkt. Het benadrukken dat de schepping in zes dagen van 24 uur, zo’n 6.000 tot 10.000 jaar geleden, plaatsvond zal heel wat kerkleden in gewetensnood brengen. En dan is er, later in de week, de beslissing of het voortaan aan de divisies (de 13 regionale afdelingen) van de kerk zal worden toegestaan om te bepalen of de omstandigheden (vooral qua cultuur) het in hun gebied mogelijk maken vrouwelijke predikanten in te zegenen. Hoe die beslissing zal uitvallen is nu, aan het begin van het congres, nog niet te voorspellen. Zelden is er door verschillende partijen zo intensief gelobbyd als de afgelopen maanden het geval is geweest. En ik vermoed dat ook in San Antonio de komende dagen voor- en tegenstanders nog ‘zieltjes’ zullen proberen te winnen.

Natuurlijk zou het interessant en leuk zijn om de komende dagen in San Antonio alles rechtstreeks mee te maken. Ik ga vooral missen dat ik niet de kans heb vrienden en bekenden te ontmoeten en de sfeer te proeven. Maar het niet aanwezig zijn geeft wel de kans de gebeurtenissen te relativeren. Ik zal niet ontkennen dat wat er tijdens een dergelijk congres gebeurt van belang is voor de kerk. Maar het is maar één aspect van het kerk-zijn en voor (misschien wel) 95 procent van alle 18,5 miljoen adventisten wereldwijd is het een ver-mijn-bed-show. Hun kerk is voornamelijk de gemeente waarvan zij lid zijn en waar zij elke week het samenzijn met andere gelijkgezinden beleven.

Mijn vrouw en ik kregen een treffende illustratie van wat het vooral betekent om adventist te zijn toen we woensdagavond op ons logeeradres in Denemarken arriveerden. Mensen die ik al sinds enkele tientallen jaren ken, maar in de afgelopen periode veel beter leerde kennen, nodigden ons uit om bij hen op onze doortocht naar Zweden te logeren. Op woensdagvond zaten we bij hen rond de dis op het bordes achter hun huis. Het was schitterend weer en we konden genieten van heerlijk eten en van het prachtige uitzicht over de Vejlefjord. Zij hadden ook een ander echtpaar uitgenodigd dat bij hen in de buurt woont. De man kende ik vrij goed van vroeger, toen we beiden bij het verzorgen van kerkelijke uitgaven betrokken waren. Hij is nu al lang met pensioen, maar nog steeds heel actief in de Deense kerk.

Daar zaten we gedurende een aantal heel plezierige uren met z’n zessen: geloofsgenoten en vrienden. Ondanks alle verschillen voelde het als familie. Het gesprek ging voor een groot deel over ontwikkelingen in de kerk, wereldwijd, in Europa, in Nederland en in Denemarken. Maar we waren in feite een kleinschalige, maar heel concrete illustratie van wat het betekent deel uit te maken van eenzelfde geloofsgemeenschap. En dan is op dat moment wat San Antonio gebeurt ook voor mij niet zoveel meer dan een ver-van-mijn-bed show.