Daily Archives: April 17, 2019

Pasen: De “moeder aller feiten”

Kortgeleden legde ik de laatste hand aan een boek manuscript over het onderwerp van de opstanding. In deze Paas-blog ga ik een paar alinea’s citeren uit dit boek dat, als alles verder volgens plan gaat, over een paar maanden zal verschijnen. Als de uitgever (Stanborough Press in de UK) mijn voorstel volgt krijgt het boek de titel: ‘I Have a Future: Christ’s Resurrection and Mine. (Ik Heb een Toekomst: Jezus’ Opstanding en de Mijne). Onze opstanding is mogelijk doordat de grote Levengever stierf en herrees. De komende dagen staat dat feit weer centraal in ons geestelijk leven.

In dit boek ga ik natuurlijk in op de vraag of we er inderdaad zeker van kunnen zijn dat Jezus inderdaad uit de dood opstond. Zijn er harde feiten waarop we ons kunnen beroepen? Is de opstanding echt een historisch feit? In mijn boek besteed ik een lang hoofdstuk aan deze vraag. Ik citeer hier het laatste gedeelte van dat hoofdstuk.

Als we het hebben over harde feiten kunnen we terugvallen op een feit dat onbetwist historisch is: Een groep mensen die na de kruisiging en graflegging van Jezus totaal uit het veld geslagen waren, raakten ervan overtuigd dat zij niet langer de Levende moesten zoeken bij de doden (Lucas 24:5). Sommigen beweren dat deze overtuiging berustte op een slim uitgedachte samenzweringstheorie of een collectieve hallucinatie. Laat ik enkele regels te citeren uit een boek over Jezus, geschreven door Philip Yancey, die deze verbazingwekkende ontwikkeling in een paar krachtige zinnen samenvatte:

“Dat Jezus erin slaagde om een ongeregelde, onbetrouwbare groep volgelingen te veranderen in onbevreesde evangelisten; dat elf mannen die hem in de steek lieten toen hij stierf later bereid waren een martelaarsdood te sterven vanwege hun geloof in een opgestane Christus; dat dit handjevol getuigen een beweging kon ontketenen die het kon opnemen tegen enorme oppositie—deze reeks veranderingen vormen het meest overtuigende bewijs van de Opstanding.[1]

N.T. Wright zei het kort maar krachtig met deze woorden: “Het was heel onwaarschijnlijk dat de discipelen erop uit zouden trekken en zouden lijden en sterven voor een geloof dat niet op onweerlegbare feiten was gestoeld.”[2] Tal van andere schrijvers benadrukken datzelfde punt. Wat zorgde ervoor dat een man als Petrus, die in Jezus’ donkerste uren zwoer dat hij deze man die door de Joodse elite was gearresteerd en veroordeeld niet eens kende, veranderde in een apostel die slechts een paar weken later een enorme multinationale en multiculturele menigte in Jeruzalem voorhield dat Jezus leefde? Wat overtuigde de twijfelende Thomas dat de Heer inderdaad was opgestaan en gaf hem de moed als zendeling naar India te gaan, waar vandaag de dag nog zo’n vier miljoen ‘Thomas christenen’ hun christen-zijn danken aan zijn radicale bekering? Niet alle oude tradities zijn betrouwbaar, maar er is goede reden om aan te nemen dat de meeste, zo niet alle oorspronkelijke apostelen, behalve Johannes (die een aantal jaren als banneling doorbracht op het Griekse eiland Patmos) een martelaarsdood stierven. Wat dreef hen ertoe een carrière te kiezen die zou eindigen in tegenstand, marteling en aan smadelijke dood? Hoe verklaren we het dat Jakobus, een van Jezus’ halfbroers, een vooraanstaand leider werd in de christengemeente in Jeruzalem, terwijl hij eerder Jezus’ aanspraken absoluut afwees? (Johannes 7:5; Handelingen 15:14-21). De verklaring is die buitengewone, onloochenbare Paas-gebeurtenis.

Dit alles krijgt een nogal onverwachte echo in de woorden van de Joodse theoloog en Israelitische historicus Pinchus Lapide (1922-1997). Hij werd geen christen maar geloofde stellig dat Jezus inderdaad was opgestaan. Volgens hem is dat de enige verklaring voor de geboorte en de groei van het christendom. Hij stelt de volgende klemmende vragen aan zijn lezers: “Hoe valt het te verklaren dat, tegen alle waarschijnlijkheid in, zijn volgelingen niet verstrooid raakten, en niet vergeten werden en dat de zaak van Jezus niet smadelijk eindigde aan het kruis? Met andere woorden: Hoe kon het gebeuren dat de aanhangers van Jezus de .vreselijkste teleurstellingen konden doorstaan en dat Jezus, ondanks alles, de Zaligmaker werd van de Kerk, ook al werden de voorzeggingen niet vervuld en bleef de langverwachte parousia uit?[3]

Lapide concludeert dat de theoriën van alle theologen die de opstanding ontkennen er jammerlijk in falen om uit te leggen ‘hoe een groep ‘hillbillies’ uit Galilea .. . in korte tijd veranderde in een uitbundige geloofsgemeenschap.’ Hij vervolgde: “Geen enkele theorie of hallucinatie kan een verklaring geven voor de revolutionaire verandering in deze bange, verbijsterde groep apostelen die op het punt stonden om de handdoek in de ring te gooien en in wanhoop naar Galilea te vluchten, en voor hoe de herders, boeren en vissers die hun Meester hadden verraden en hem in de steek lieten plotseling konden veranderen in een krachtige zendingsorganisatie, die na het Paasgebeuren overtuigd was de verlossing door Christus.[4]