Daily Archives: December 21, 2020

Waarom ik blij ben met onze kerstboom

Als kind genoot ik van de kerstboom in de gereformeerde kerk in ons dorp, waar het jaarlijkse kerstfeest van onze basisschool werd gehouden, en van de kerstboom in de Nederlands Hervormde Kerk op het plein in het midden van het dorp waar wij het kerstfeest van de zondagschool vierden. Wij waren de enige zevendedags adventisten in het dorp. Mijn ouders hadden ervoor gekozen om mij, mijn broertje en mijn zusjes naar de “School met den Bijbel” te sturen en niet naar de openbare basisschool. En omdat mijn grootvader Nederlands Hervormd was en bij ons in huis woonde hadden we een link met de hervormde kerk en gingen we op zondag naar de zondagschool. Je zou kunnen zeggen dat ons gezin voor adventisten in het midden van de vorige eeuw tamelijk oecumenisch was. Maar een kersboom was bij ons thuis taboe.

Wij konden als kinderen niet begrijpen waarom er bij ons in huis geen kerstboom was. Alle andere kinderen die bij ons in de klas zaten hadden thuis wel een kerstboom. Onze moeder legde aan ons uit waarom het hebben van een kerstboom verkeerd was. De kerstboom was iets heidens. En daarom hadden adventisten geen kerstboom in hun kerk en ook niet thuis. Wij namen daar geen genoegen mee en ons protest had na verloop van tijd succes. Eerst kwamen er een paar bescheiden dennentakjes met twee of drie kerstballen. Ik denk dat ik een jaar of twaalf-dertien was toen er voor het eerst een kleine kerstboom in de hoek van de kamer stond, opgetuigd met een paar ballen en enkele foeilelijke slingers, compleet met een dozijn levensgevaarlijke echte kaarsjes als verlichting.

Ook bij andere zevendedags adventisten in Nederland begon in die tijd de kerstboom geleidelijk aan zijn entree te maken. (Tot verbazing van velen werd ontdekt dat de meeste adventisten in de Verenigde Staten geen bezwaar hadden tegen een kerstboom.) In Nederland deed de kerstboom ook in sommige plaatsen aan zijn entree bij de kerstdienst in de kerk. Dat ging op veel plaatsen niet zonder een behoorlijke dosis heisa. Toen ik als aankomend predikant mijn stagejaar deed in Amsterdam leidde een kerstboom in de kerk tot flinke commotie. Ons adventistisch kerkgebouw aan de Keizersgracht werd op zondag verhuurd aan een baptistengemeente. Deze huurders waren zo aardig geweest om hun prachtige kerstboom na hun kerstviering in de kerk te laten staan, zodat ook hun adventistische broeders en zusters er de volgende sabbat van zouden kunnen genieten. Maar dat werd niet door iedereen op prijs gesteld. Een paar jonge, over-enthousiaste, kerkleden besloten, voordat de dienst begon, de boom, met versiering en al, in de gracht voor het kerkgebouw te kieperen.

In veel landen bleef het ingewortelde bezwaar tegen de heidense boom bestaan. Toen ik in het begin van 2001 in opdracht van de Trans-Europese Divisie een bezoek bracht aan Koeweit werd me dat nog weer eens heel erg duidelijk gemaakt. Op vrijdagavond was er een speciale dienst waarin de gemeenteleden (bijna allemaal migrant-arbeiders uit Pakistan en India) vragen konden stellen die ik zou proberen te beantwoorden. Het gebeurde ten slotte niet zo vaak dat er iemand van een hogere kerkelijke organisatie op bezoek kwam. Bijna alle vragen tijdens het vragenuur gingen over de kerstboom. Daarover was kennelijk kort tevoren veel trammelant ontstaan. Het bleef me dagenlang dwarszitten dat onze kleine Adventgemeente in dit voor 99,9 percent islamitisch land het al dan niet hebben van een kerstboom kennelijk als hun grootste probleem zag.

Ik schrijf deze blog in onze woonkamer, op circa drie meter afstand van een fraaie kerstboom die met zorg versierd is. Ik geniet ervan. Ja, ik weet dat het hebben van een kerstboom teruggaat op een vóór-christelijk Germaans gebruik dat in de middeleeuwen zijn ingang vond in de christelijke kerk. Maar die oorsprong speelt absoluut geen rol meer, evenmin als het voor mij een probleem is dat het drinken van warme chocolademelk iets is dat van de Azteken in het ouder Mexico afkomstig is. Voor mij is de kerstboom nu een tweeledig symbool. De verlichte boom herinnert me gedurende een aantal weken op een speciale manier aan “het Licht dezer wereld” dat, zoals een van de carols luidt “reddend is verschenen.” Maar de kerstboom is voor mij ook een jaarlijkse bevestiging van het hoopgevende feit dat veranderingen in de kerk mogelijk zijn (ook al moeten we er dikwijls lang op wachten) en dat krampachtige, wettische regels op een gegeven moment kunnen verdwijnen.

Eigenlijk is de kerstboom voor mij dus een teken van vrijheid geworden. De vrijheid die Christus ons heeft gebracht en die ons ook bevrijdt van menselijk gedoe en ons blij en dankbaar maakt.