Daily Archives: Mei 4, 2021

Ben ik voor of tegen?

Sinds ongeveer dertien jaar wonen mijn vrouw en ik tot onze grote tevredenheid in Zeewolde, een plaats met ruim 22.000 inwoners in de Flevopolder. Deze polder ontstond toen, in de jaren vijftig en zestig, ca. 1000 vierkante kilometer werd omdijkt en werd drooggemalen. Zeewolde werd als laatste woonkern aan het begin van de jaren tachtig gebouwd in dit stuk land dat enkele meters onder de zeespiegel ligt. Het heeft een zeer centrale ligging in Nederland en is bijzonder ruim van opzet. Op minder dan tien kilometer ligt op het “oude land” het historische Hanzestadje Harderwijk, en binnen drie kwartier rijden ben je in Amsterdam!

Toch heeft Zeewolde meer verleden dan menigeen wellicht zou denken, want voordat het IJsselmeer ontstond (dat nu dus voor een belangrijk deel is drooggelegd), was er een bosachtige omgeving waar mensen woorden. De naam Zeewolde is dan ook afgeleid van Seaeuuald en Seuuuald, een naam die voor het eerst in documenten opduikt in het jaar 793 voor een plaats in de buurt van het huidige Zeewolde. (Uuald staat voor wold en betekent ‘moerasbos’. Met Sew wordt ‘zee’ of ‘meer’ bedoeld). Naast een verleden heeft Zeewolde zeker ook toekomst, ook al zijn er wel wat vragen over de toekomstige ontwikkelingen van “ons” dorp.

Tussen Zeewolde en het naburige Lelystad is een nieuw vliegveld gebouwd. Het is bedoeld als ontlasting voor het te drukke Schiphol. Lelystad Airport moet vooral veel vakantieverkeer voor haar rekening gaan nemen. Alles is nu al zo’n twee jaar helemaal klaar, maar er is nog geen enkel passagiersvliegtuig gestart of geland op de gloednieuwe 2700 meter lange startbaan en de aankomst- en vertrekhal heeft nog geen passagier gezien. Als het aan allerlei actiegroepen ligt blijft dat zo.

Ik ga ervan uit dat “Lelystad” vroeg of laat zal open gaan en niet leeg en nutteloos zal blijven. Voor mij is Lelystad Airport, op minder dan 15 kilometer van mijn huis, een soort symbool voor de ambivalentie van het leven in de 21e eeuw. Ik kan het verzet van een groot deel van de bevolking van onze plaats begrijpen als ze protesteren tegen de geluidsoverlast die zeker het gevolg zal zijn van deze luchthaven in onze directe nabijheid, en tegen de verkeersdrukte die ook zeker zal toenemen. Maar, aan de andere kant, reis ik ook graag en hoop ik dat ik spoedig weer regelmatig in een vliegtuig kan stappen en snap ik dat nieuwe vliegvelden ergens een plek moeten krijgen.

Het “unheimische” gevoel dat mijn habitat en manier van leven aan de ene kant mogelijk is dank zij technologische en infrastructurele ontwikkelingen, maar die aan de andere kant ruimte en rust en leefgenot bedreigen, wordt enorm versterkt door het feit dat er vergevorderde plannen zijn om aan de rand van ons dorp, waar het industrieterrein grenst aan weidse landbouwgrond, een van de grootste datacenters van Europa te bouwen. Er wordt nog erg geheimzinnig gedaan over welke datagigant naar Zeewolde komt. Is het Apple, Facebook, Google of wellicht Amazon, dat nog geen datacenter in Nederland heeft? Er lopen uiteraard nog allerlei bezwaarprocedures, maar algemeen is de verwachting dat deze digitale supertanker is beweging is gezet en dat de “wal” dit “schip” niet meer kan keren. Er is 166 hectare voor een cluster van een reeks enorme langwerpige gebouwen gereserveerd. De bestuurders van Zeewolde proberen de bevolking gerust te stellen dat het met de problemen rond energiebehoefte, watergebruik, koeling, veiligheid, enzovoort, reuze meevalt en dat de komst van dit bedrijf een gigantische economische winst oplevert.

Tja, ben ik voor de komst van dit datacentrum of ben ik ertegen? Het zal niet leuk zijn om straks aan de rand van het dorp tegen enorme blokkendozen aan te kijken en de vraag is of de voordelen niet te rooskleurig worden voorgesteld en de problemen niet worden gebagatelliseerd. Maar ik begrijp dat er datacenters moeten zijn. Ik zit gemiddeld per dag vijf tot zes uur achter mijn laptop. De data die ik produceer en consumeer staan “in de cloud.” Maar die “cloud” hangt niet onzichtbaar in de ijle lucht boven ons, maar bestaat uit onafzienbare rijen met servers, die ergens moeten worden ondergebracht. Misschien ook in Zeewolde . . .

Het maakt allemaal deel uit van onze tijd. Het is een proces dat verdergaat zolang deze aarde nog niet voor de beloofde “nieuwe aarde” heeft plaatsgemaakt. Het neemt niet weg dat we alles wat intussen gebeurt wel kritisch moeten volgen en ons steeds moeten afvragen of ons leefpatroon vanuit een christelijk perspectief niet drastisch moet worden bijgesteld om de dingen in de hand te kunnen houden. Want, zoals destijds de opstellers van het fameuze “Rapport van Rome” al vijftig jaar geleden zeiden: Er zijn “grenzen aan de groei.”