Daily Archives: September 15, 2022

Armoede

Sinds het aantreden van het huidige kabinet—-Rutte IV—-hebben wij in Nederland een minister voor armoedebeleid. Ik vind Carola Schouten een van de sympathiekste ministers van onze regering—-en dat is niet alleen omdat zij bij de politieke partij hoort die de laatste jaren mijn voorkeur heeft. Minister Schouten komt over als iemand die haar werk uit overtuiging doet. Dat zij nu zo intensief te maken heeft met het armoedevraagstuk past bij haar persoonlijke achtergrond. Zij heeft in haar eigen leven een fase gekend waarin zij als ongehuwde moeder de eindjes aan elkaar moest zien te knopen. Het siert haar dat zij daar openlijk over spreekt.

Dat in een welvarend land als Nederland (op de vierde plaats van de rijkste landen ter wereld) een minister voor armoedebeleid nodig is, is eigenlijk ten hemel schreiend. Hoe komt het dat er zoveel mensen om de een of andere reden onder de armoedegrens belanden? Volgens recente statistische gegevens is dat het lot van ten minste 600.000 Nederlandse gezinnen. En met de huidige energiecrisis en de explosief gestegen prijzen voor elektriciteit en vooral gas, zullen nog veel meer mensen in de armoede terechtkomen.

Wat is armoede? Als ik naar de gangbare definities kijk die door overheidsinstanties worden gehanteerd leefde het gezin waarin ik opgroeide lange tijd in pure armoede. Gedurende een aantal jaren hadden we in ons huis geen stromend water, geen elektriciteit en alleen een toilet op enige afstand van ons huis. Ik kreeg een oude fiets om dagelijks naar de middelbare school te kunnen gaan. Een subsidie van de gemeente waarin we woonden zorgde ervoor dat we de schoolboeken konden kopen. Er was geen sprake van vakantie. En buiten de deur eten was beperkt tot af en toe een zak frites (die toen 25 cent kostte). We waren arm, maar ik kan me niet herinneren dat ik me echt arm voelde—-ook al wist ik natuurlijk wel dat ons leven er anders uitzag dan dat van de meeste van mijn klasgenoten. Ik was eraan gewend geraakt dat er van alles erg weinig was.

Tijdens het eerste jaar van ons huwelijk was het niet eenvoudig rond te kunnen komen. We waren in de Verenigde Staten waar ik aan Andrews University mijn masters-studie volgde. We arriveerden met duizend dollar in onze zak, werkten (naast de studie) het hele jaar keihard, en hadden toen nog ongeveer honderd dollar over. We genoten in veel opzichten van dat jaar, maar objectief gezien leefden we wel tegen de armoedegrens aan!

En nu? Zijn we nu arm of rijk? Nee, we zijn niet arm. We dreigen niet door de energiecrisis te worden getroffen. We zien wel dat de prijzen in de supermarkt stijgen, maar het heeft ons kooppatroon nog niet ingrijpend gewijzigd. We zijn dit jaar op vakantie geweest en hebben gisteravond nog een van de plaatselijke pizzeria’s bezocht. Arme mensen kunnen zich dat niet veroorloven. We zijn niet rijk vergeleken met de mensen die veelverdieners zijn en in een riante villa wonen met een of meer luxe automobielen vóór hun dubbele garage. Maar we zijn wel rijk vergeleken met de grote aantallen mensen op allerlei plekken in de wereld die ook vandaag niet weten waar ze het eten vandaan moeten halen voor hun ondervoede kinderen. En we zijn beslist ook rijk vergeleken met de honderdduizenden in ons land die, niet door eigen schuld, in armoede zijn beland.

Ik hoop dat onze overheid—-met een breed politiek draagvlak—-snel met maatregelen zal komen om mensen te helpen die nu door de energiecrisis in de ellende zijn gekomen of dreigen te komen. En dat het beleid van de armoedeminister zoden aan de dijk zal zetten en er door dat beleid structureel veel kan gebeuren om een grotere sociale rechtvaardigheid te realiseren en in de toekomst te waarborgen.

Als christen besef ik dat de Bijbel ons laat zien dat God extra aandacht heeft voor mensen in de marge. En het is duidelijk dat Hij van de mensen die zeggen dat ze in Hem geloven verwacht dat zij ook oog hebben voor de “armen” om hen heen en dat metterdaad laten blijken.

Daarbij is er echter wel een probleem. De meesten van ons leven in een eigen “bubbel”. Ik heb in mijn familie- en kennissenkring geen mensen die bij de voedselbank moeten aankloppen of wegens huurachterstand uit hun huis gezet dreigen te worden. Wellicht is echter voor mij en anderen in mijn “bubbel” in de komende winter de tijd gekomen om eens uit die “bubbel” te stappen en actiever dan we tot nog toe hebben gedaan iets van onze rijkdom te delen met degen die het water tot aan de lippen staat.