Verbeelding

 

Wat zou ik mijzelf en anderen voor het nieuwe jaar willen toewensen? Ik zou gemakkelijk een lange lijst van dingen kunnen opnoemen, met gezondheid voor mijzelf en de mensen die dicht bij me staan bovenaan.

Maar, als ik een ding (dat gewoonlijk niet in het nieuwjaarswensenlijstje voorkomt) speciaal zou willen noemen, dan is het verbeelding.

In de Nederlandse taal heeft dat woord meerdere betekenissen. Verbeelding wordt vaak geassocieerd met arrogantie en eigenwaan.  Het woordenboek noemt een lange rits van synoniemen: hooghartigheid, hoogmoed, ijdelheid, verwatenheid, zelfingenomenheid, inbeelding. 

Die ongunstige eigenschappen wil ik niemand in ruimere mate toewensen. Velen van ons hebben daar al meer dan genoeg van. Ik denk aan een andere betekenis van het woord ‘verbeelding’: zich iets al, dan niet visueel, kunnen voorstellen, fantasie, verbeeldingskracht, voorstellingsvermogen.

Gezegend zijn (mijns inziens) de mensen die over een flinke hoeveelheid verbeeldingskracht beschikken.  Dat geldt niet alleen voor kunstenaars, ook al is het voor hen misschien wel de belangrijkste voorwaarde om iets van waarde te kunnen scheppen. Verbeeldingskracht vormt de basis van elk kunstwerk.

Maar niet alleen kunstenaars hebben verbeeldingskracht nodig. Als je plannen maakt, moet je je kunnen voorstellen hoe die plannen zullen uitpakken. En je zult tot heel weinig vernieuwing en tot heel weinig (of geen) creatieve oplossingen komen, als je geen verbeeldingskracht hebt.

Om het iets dichter naar mezelf toe te trekken: een predikant moet over een flinke dosis verbeeldingskracht beschikken, vooral bij het zoeken naar een preektrant die in onze tijd goed aanslaat: namelijk preken die bijbelse verhalen navertellen en die deze verhalen vervolgens voor onze eigen tijd actualiseren.  Wie niet over een behoorlijke mate van verbeeldingskracht beschikt kan zich echter beter niet aan dit genre wagen.

Ook een kerk—van de lokale gemeente tot de hoogste overkoepelende organen—heeft verbeeldingskracht nodig. In sommige plaatselijke gemeenten ontbreek die jammerlijk en daarom blijft daar alles altijd maar bij hetzelfde. Op de hogere niveaus (en zeker op het allerhoogste) is vaak ook weinig verbeeldingskracht te bespeuren. Toch is die absoluut nodig om te kunnen dromen over hoe het zou kunnen worden als we ruimte bieden aan alle geloofsgenoten om ons heen en ze uitdagen met God en met hun geloofsgenoten steeds weer nieuwe geloofsavonturen aan te gaan.

Ik wens al mijn blog-lezers een geweldig—i.e. gezond, gezegend en productief—nieuw jaar toe. Maar bovenal dit: een flinke portie verbeeldingskracht!