Even terug naar Pasen

 

Pasen ligt weer achter ons.  Ik kijk met gemengde gevoelens op het Paasweekeinde terug. Aan de ene kant ervoer ik het als heel inspirerend. Op vrijdagavond woonde ik een avondmaalsviering bij in mijn plaatselijke gemeente.  Op zaterdagmorgen was ik de gastspreker in de Adventgemeente in Utrecht, waar ik over het goede nieuws van de opstanding preekte, nadat de gemeente eerst samen van een Paasontbijt had genoten.

Het avondmaal was voor mij vooral bijzonder omdat ik tamelijk zelden de gelegenheid heb om aan het avondmaal deel te nemen. Ik preek bijna elke week, in allerlei verschillende gemeenten in den lande. Ik heb geen ‘eigen’ gemeente en vul de gaten in het preekrooster elders. Maar dat betekent wel dat, als er ergens een avondmaal gepland is, gewoonlijk de ‘eigen’ predikant voorgaat en niet iemand die vanuit Zeewolde wordt ingevlogen.

Op ‘witte donderdag’ werd in Amersfoort het spektakelstuk De Passion opgevoerd in de open lucht. Met veel zang en muziek, maar ook met andere media, werden het lijden en de dood van Christus uitgebeeld. Het was voor de zevende keer dat een dergelijk productie werd gemaakt. Ruim 20.000 bezoekers waren naar Amersfoort gekomen, ondanks de strenge veiligheidsmaatregelen—die begrijpelijk waren na de bloedige terreuraanslagen eerder in die week in Brussel. Niet minder dan ruim vier miljoen mensen keken naar de televisieregistratie van het gebeuren, dat wil zeggen een kwart van alle mensen in ons land!

Maar het Paasgebeuren wordt gemakkelijk opgeslokt door andere dingen. Ik was teleurgesteld toen ik (zoals ik dagelijks doe) de website van de Adventkerk van Nederland bezocht. Ik had toch wel op zijn minst een korte Paasmeditatie verwacht. Maar nee hoor. Het belangrijkste nieuws was niet de opstanding van Christus maar de kerkelijke begroting voor 2016! Wat een misser.

Op landelijk niveau werd de dood en opstanding van Jezus Christus overschaduwd door het overlijden van Johan Cruyff op 68-jarige leeftijd. Hij wordt geroemd als een van de beste voetballers aller tijden. Ik neem dat graag aan, als de experts van de ronde bal dat zeggen. Ik heb er totaal geen verstand van en ik vind het niet erg als dat zo blijft. Ik besef echter dat Cruyff voor heel veel mensen een groot idool was en ook dat hij in veel opzochten een fantastische ambassadeur was voor Nederland. Dat er dus veel aandacht besteed werd aan zijn dood lag voor de hand. Het was al enige tijd bekend dat Cruyff aan longkanker leed en dus hadden de media de nodige voorbereidingen kunnen treffen om breed uit te pakken. Maar ik had toch niet verwacht dat, nota bene, op Goede Vrijdag mijn krant—Dagblad Trouw, een van origine christelijke krant—niet alleen de gehele voorpagina vulde met een foto van onze beroemde voetballer, maar ook twaalf (!) pagina’s aan hem wijdde. In de media hoorde ik een aantal vergelijkingen tussen de twee JC’s—Jezus Christus en Johan Cruyff. Duidelijk bleek dat men over het algemeen meer op had met de voetballende JC dan met de Man van Smarten.

Maar nog even terug naar De Passion.  De belangstelling ervoor is zowel bemoedigend als opmerkelijk. Uit het pas verschenen rapport God in Nederland—dat eens per tien jaar de stand van zaken ten aanzien van geestelijke zaken in ons land opneemt—gaat het steeds slechter met kerk en religie. En dat geldt zeker voor het soort religie dat zich uit via kerkelijke kanalen. Maar er is nog steeds veel spiritualiteit in Nederland en God is bepaald niet door iedereen afgeschreven. De vraag is natuurlijk vooral hoe de kerken (inclusief ‘mijn’ kerk) aansluiting kunnen vinden bij deze nieuwe vormen van geloof en spiritualiteit. Misschien is dat voor de traditionele kerken niet meer mogelijk, maar moeten nieuwe kerkvormen ontstaan, die dat wel kunnen. Ik durf de Engelse term emerging church haast niet te gebruiken, want die roept bij velen negatieve gevoelens op. Maar ik ben ervan overtuigd dat de Geest de ruimte moet krijgen om nieuwe vormen van gemeente-zijn te laten opkomen (emerge), waar de mens van 2016 de antwoorden vind voor de vragen van nu en waar de opgestane Heer kan verschijnen aan mensen die hem tussen de tradities van voorheen niet meer kunnen herkennen.