Hemelvaartsdag

Donderdag 10 mei—Vandaag is het Hemelvaartsdag en dat betekent een officiële vrije dag. In veel landen is dat niet het geval, maar in Nederland behoort Hemelvaartsdag tot de erkende christelijke feestdagen. Precies veertig dagen na zijn verrijzenis uit de dood, ging Jezus naar de hemel. We lezen erover in het eerste hoofdstuk van het bijbelboek Handelingen. En die gebeurtenis wordt vandaag ‘gevierd.’  Een relatief kleine groep mensen, vooral van conservatief reformatorische snit, gaat vandaag naar de kerk. Helaas weet nog maar een minderheid van de bevolking waar het op Hemelvaartsdag om gaat. Voor de grote meerderheid is het vooral een dag voor gezinsuitjes en winkelen, waarbij steevast woonboulevards en tuincentra zich in enorme belangstelling mogen verheugen.

Het vieren van Hemelvaartsdag gaat heel ver terug in de tijd. Sommige kerkvaders in de eerste eeuwen maakten er al melding van en vanaf de middeleeuwen had de dag een vaste en speciale plaats in de kerkelijke kalender. Er ontstonden ook allerlei volkse gewoontes rond deze dag, zoals het ‘dauwtrappen’.  In het grijze verleden stonden mensen op Hemelvaartsdag al op voordat het licht werd, om met blote voeten en al zingend op het door de dauw bevochtigde gras te dansen. Er zou een heidens gebruik aan ten grondslag liggen. In de loop van de tijd heeft het dauwtrappen vooral de vorm gekregen van groepswandelingen of fietstochtjes op de (niet al te vroege) ochtend van Hemelvaartsdag.

Zevendedags Adventisten hechten vaak niet al te veel waarde aan het vieren van de klassieke christelijke feestdagen. Sommigen zijn er nog steeds faliekant op tegen, zoals ik weer eens merkte toen ik ergens in den lande op de ‘stille zaterdag’ (de dag voor de eerste Paasdag) een Paaspreek had gehouden. Ik werd na de dienst door iemand ernstig vermaand. Ik had toch wel een preek over een echt adventistisch onderwerp kunnen houden, bijvoorbeeld over het hemels heiligdom, in plaats van een verhaal te houden dat je in elke kerk kunt horen!  Misschien was deze geloofszuster tevreden geweest als ik een preek had gehouden over Jezus’ hemelvaart. Want dat onderwerp sluit wel naadloos aan bij het thema waarover zij zo graag iets wilde horen.

In het bijbelboek Hebreeën wordt op diverse plaatsen verwezen naar het moment dat Jezus de aarde verliet en opsteeg naar de hemel en vervolgens zijn rol als de grote hemelse hogepriester opnam. Een van belangrijkste thema’s van dit bijbelboek is het (inderdaad: hemelsbrede) verschil tussen aardse hogepriesters en de volmaakte hemelse Hogepriester die het recht heeft verworven om als onze Middelaar op te treden en ons eeuwig heil kan verzekeren.

Voor de meeste (?) adventisten bestaat dit hemelse ‘werk’ van Christus uit twee fasen. In de laatste fase, vanaf 1844), is Christus ‘actief’ in het hemelse heilige der heiligen, en is hij daar de spil in het zgn. ‘onderzoekend oordeel’. Dat is allemaal tamelijk ingewikkeld.  Het is gebaseerd op de gedachte dat het hemels heiligdom een exacte parallel moet zijn van het aardse, omdat Mozes de opdracht kreeg een heiligdom (met twee afdelingen) te bouwen dat een schaduw moest zijn van het hemels origineel dat God hem liet zien.

Er is veel strijd gevoerd over de vraag of het werk van Jezus in het hemels heiligdom nu één enkele fase heeft of uit twee fases bestaat. (Opmerkelijk is dat er in de Hebreeën op geen enkele manier gewag wordt gemaakt van twee verschillende fasen!) Desmond Ford was de bekendste voorstander van de eerste optie (één fase). De strijd daarover kostte hem zijn baan en liet overal in de kerk een spoor van ellende achter. Vandaag de dag denken veel adventistische theologen en predikanten er (al dan niet heimelijk) ongeveer zo over als Ford. Dat geldt ook voor mij, maar ik zou graag willen dat we er niet langer strijd over zouden voeren, maar gewoon zouden accepteren dat er verschil van inzicht bestaat. Over de kern van de zaak zijn we het immers wel eens. Christus stierf op aarde voor alle mensen. Hij stond op uit de dood. Velen ontmoetten hem tijdens de veertig dagen die volgden en konden bevestigen dat de Heer ‘waarlijk was opgestaan.’ Toen verliet Jezus de aarde en kon hij zich met recht de volmaakte Middelaar / Hogepriester noemen, die ervoor zorgt dat allen die zijn offer willen aannemen daarvan de eeuwige vruchten zullen plukken. Ik snap niet hoe dat allemaal in elkaar steekt. Het gaat om een hemelse realiteit die onze beperkte menselijke inzichten verre te boven gaat. Maar de essentie van die hemelse realiteit wordt ons ‘geopenbaard’ in taal en beelden die wij enigszins kunnen snappen—in elk geval voldoende om te weten dat het tussen God en ons weer in orde is. En meer hoef ik niet te weten.