Israël

Zo gauw het over Israël gaat komen er een heleboel tegenstrijdige gevoelens bij mij boven. Deze week, nu de staat Israël haar zeventigjarig bestaan viert, nemen die gevoelens alleen maar verder in intensiteit toe. De Israël-problematiek heeft voor mij drie heel belangrijke aspecten die tal van vragen oproepen. In de eerste plaats is er de politieke realiteit van de staat Israël die nu dus zeventig jaar bestaat. Dan is er de situatie van het Palestijnse volk die direct met het bestaan van Israël verbonden is. En ten slotte is er de vraag naar de geestelijke betekenis van Israël.

Om maar met de eerste kwestie te beginnen: de realiteit van de staat Israël. Wie enigszins op de hoogte is van de geschiedenis van het joodse volk, door de eeuwen heen, maar vooral in de tijd van de afschuwelijke gebeurtenissen in de vorige eeuw die culmineerden in de Holocaust, begrijpt het Joodse verlangen naar een veilige thuishaven en snapt ook dat in de Joodse optiek het land van de vaderen daar het meest voor in aanmerking kwam. Ik gun de joden een eigen staat Israël. Maar ik gun ook Het Palestijnse volk hun eigen staat en blijf hopen dat ik het nog meemaak dat er een eerlijke twee-staten-oplossing komt. Die mogelijkheid lijkt momenteel verder weg dan ooit en het onverantwoorde  initiatief van President Trump om weer eens olie op het vuur te gooien door de Amerikaanse ambassade naar Jeruzalem te verplaatsen lijkt het alleen nog maar verder weg te brengen.

Het is begrijpelijk dat de Palestijnen van tijd tot tijd heftig protesteren tegen de Israëlische bezetting van een groot deel van hun gebied en tegen het steeds maar weer bouwen van nieuwe joodse nederzettingen in gebieden die voor hen bestemd waren. Niet alles wat de Palestijnen daarbij doen is zonder meer goed te keuren. Ook de onderlinge verdeeldheid en de onverzettelijke houding van Hamas bemoeilijkt de situatie. Maar het is voor mij onbegrijpelijk dat van Israëlische kant zoveel geweld wordt gebruikt, zoals nu de laatste week ook weer gebeurde. Hoe kan een volk dat zoveel geleden heeft nu een ander volk zoveel leed aandoen? Ik zou willen dat mijn land niet altijd maar aan de kant van de Israëlische politici zou gaan staan, maar het ook (zoals bijvoorbeeld oud-premier van Agt doet) willen opnemen voor de rechten van de Palestijnen.

Een groot deel van de (vooral conservatieve) christenen in de westerse wereld is stevig pro-Israël. Een gedachte die veel aanhang heeft is dat de joden Christus destijds wel hebben verworpen, maar dat God nog niet klaar is met Israël en dat het joodse volk ten slotte toch de Messias zal erkennen en dat we dan als ‘christenen uit de joden’ en als ‘christenen uit de heidenen’ samen Gods nieuwe wereld zullen binnengaan. Wel, er zijn in elk geval nog maar weinig voortekenen die erop duiden dat dit binnenkort gaat gebeuren.

Veel andere christenen huldigen de zogenaamde substitutie-theorie. Die komt erop neer dat de kerk nu het ‘geestelijk’ Israël is dat het ‘letterlijke’ Israël als Gods volk heeft vervangen. De beloften die ooit via de profeten aan het volk Israël werden gedaan, waren voorwaardelijke beloften. Alleen als het volk Israël trouw zou blijven aan JHWH zouden die beloften in vervulling gaan. Nu het volk Israël zich niet aan de voorwaarden van het verbond heeft gehouden zullen die beloften hoogstens nog in geestelijk zin aan de kerk worden vervuld. Dit is ook steeds de adventistische visie geweest.

In die opvatting, dat de kerk in de plaats is gekomen van Israël, zijn de laatste tijd in het adventisme wel de nodige scheurtjes ontstaan. Ik ben het eens met degenen die zeggen dat die vervangings-gedachte wel wat erg kort door de bocht is. Want de apostel Paulus houdt ons in zijn brief aan de Romeinen voor dat er toch nog wel een heel concrete band blijft bestaan tussen de joodse ‘stam’ en de (christelijke) ‘takken’ die daarop zijn geënt. Hoe en wat dat betekent blijft voer voor theologen!  Intussen wil ik me wel voluit als ‘heiden-christen’ manifesteren. Ik erken dat mijn geloof veel joodse wortels heeft en dat ik veel van de joodse manier van Bijbellezen kan leren. Maar ik blijf verre van allerlei joodse gebruiken, zoals het weer gaan vieren van de joodse feesten. Ik zie die trend hier en daar wel aanzwellen, maar ik ga er niet aan meedoen.

En ik voeg me zeker niet bij de grote groep christenen die alles wat de staat Israël doet vergoelijkt.