Ontmoetingen

Ik schrijf deze blog op een plek net buiten de Australische stad Brisbane, waar ik een van de sprekers ben tijdens een campmeeting van de South Queensland Conference. Het is een groot evenement dat door duizenden mensen wordt bijgewoond. De meesten logeren in tenten en caravans. Ik ben nooit erg dol geweest op kamperen, maar ik kan gelukkig melden dat er op het terrein een aantal motel units zijn en dat mijn vrouw en ik daarin zijn ondergebracht.  De bijeenkomsten en activiteiten vinden plaats in drie enorme tenten en een aantal vaste gebouwen op het terrein. Mijn aandeel bestaat uit het houden van zeven preken en het geven van vijf seminar-achtige presentaties. Met andere woorden: Ik heb een flink programma zonder echt overbelast te zijn. En de stafleden van de conferentie doen hun uiterste best om ons verblijf zo aangenaam mogelijk te maken.

Buiten mijn officiële verplichtingen biedt een evenement als dit heel veel mogelijkheden voor persoonlijk contacten. Het doet me natuurlijk goed als mensen naar me toekomen en zeggen dat het hen raakte wat ik in mijn preken zei. Dat gebeurde de afgelopen dagen met grote regelmaat. Natuurlijk komt het ook voor dat mensen het niet mij eens zijnn. Maar tot dusverre was er maar een persoon die mij duidelijk liet weten dat ik tot Babylon behoor. Goede, traditionele adventisten weten precies wat daarmee wordt bedoeld!

Er gebeurt deze week heel veel. Er zijn programma’s voor alle verschillende leeftijdsgroepen. Maar er is ook voldoende gelegenheid om mensen te ontmoeten, met vrienden te praten of nieuwe vrienden te maken. Het verbaast me altijd weer om—in andere landen en zelfs aan de andere kant van de aardbol—mensen te ontmoeten die ik ken. Het was leuk om weer twee vroegere collega’s tegen te komen met wie ik een aantal jaren heb samengewerkt in het divisiekantoor in Engeland: Roy Richardson, die een aantal jaren in Europa werkte als leider in het ADRA-netwerk en mijn goede vriend Peter Roennfeldt, die met zijn vernieuwende inzichten heel veel predikanten en kerkleden in Europa heeft geïnspireerd. Peter is nu, net als ik, al geruime tijd gepensioneerd, maar hij heeft nog steeds een heel vol programma. Ik hoor soms van mensen dat ik kennelijk nog over heel wat energie beschik, maar ik ben traag en lethargisch in vergelijking tot Peter Roennfeldt. Het doet me deugd dat Peter in de afgelopen paar jaar een drietal belangrijke boeken heeft geschreven die nu op grote schaal worden gebruikt. Wij hadden ook de kans om Laurie Evans, de vroegere voorzitter van de kerk in dit deel van de wereld, en zijn vrouw te ontmoeten. Ik had hem goed leren kennen tijdens allerlei internationale kerkvergaderingen.

En dan zijn er ook aardig wat mensen die naar me toekomen om me te vertellen dat zij vrienden of familieleden in Nederland hebben, die lid zijn van de kerk en willen weten of ik hen misschien ken. Vaak is dat inderdaad het geval. Anderen komen alleen een praatje maken of willen hun verhaal kwijt. Weer anderen willen weten hoe ik over bepaalde kwesties denk. Dat kan lastig zijn, want meestal wordt niet duidelijk wat de achtergrond van hun vraag is. Ik heb in de loop der jaren wel voldoende ervaring gekregen in hoe ik met dat soort vragen moet omgaan zonder in een of ander conflict verzeild te raken.

Een extra cadeautje in deze week was het feit dat ik de kans had om dr. Desmond Ford en zijn vrouw te bezoeken. Zij wonen op een afstand van ca. 60 kilometer van het kamp. Ik had “Des” (zoals hij door de mensen die hem kennen wordt genoemd) nooit eerder persoonlijk ontmoet. Hij is nu rond de negentig maar zijn geest is nog even scherp als altijd. Hij is zonder meer aan bijzondere man. Ik ben het met veel van zijn standpunten eens, maar zelfs degenen die hem op theologisch gebied niet kunnen volgen kunnen niet ontkennen dat hij steeds een christelijke houding heeft aangenomen ten aanzien van de kerk die hem heeft uitgestoten.

Al met al was deze week een bijzondere ervaring die mij een kant van de kerk liet zien die drastisch verschilt wat wat elders in de kerk gebeurt, met name waar het de dingen betreft die tijdens de aanstaande jaarvergadering van het bestuur van de wereldkerk worden besproken. Hier, in het BIG CAMP in Brisbane, zie ik een kerk met veel vitaliteit en met heel veel “normale”, toegewijde christenen die met beide benen op de grond staan. Het is een voorrecht om hier te zijn en een bijdrage te kunnen leveren.

PS 1.  Eerder in de week zagen we op nog geen vijftig meter van onze accommodatie een slang. Het is een soort die in Nieuw Guinea en dit deel van Australië voorkomt: de coastal carpet python. Hij was ongeveer 1.50 meter lang. Een “snake handler” kwam en ontfermde zich over het dier.

PS 2.  Voor wie naar een van de preken wil luisteren die ik in de afgelopen week hield: Ga naar ongeveer minuut 58 van deze youtube film. Daar begint mijn preek: https://www.youtube.com/watch?v=32QO4T6v1Gk&list=PLHProf_kWWEO6JEc4h8ZdNQZekEhs6h8O