Wennen aan het ‘nieuwe normaal’

Tijdens de persconferenties van de minister-president en andere ministers horen we steeds dat we zullen moeten wennen aan een heel andere samenleving. Het wordt niet meer zoals vroeger. Wel, we zullen zien.

In 1973 sprak de toenmalige Nederlandse minister-president—Joop den Uyl—op het hoogtepunt van de zgn. oliecrisis, die we toen beleefden, het Nederlandse volk toe. Door politieke verwikkelingen in het Midden-Oosten was de oliekraan voor een deel dichtgedraaid. Dat leidde onder meer tot rantsoenering van de benzine en tot een verbod van autorijden op zondag. Den Uyl keek bijzonder ernstig toen hij met de nodige dramatiek aankondigde: ‘Het wordt nooit meer zoals vroeger.’ Wel, het bleek allemaal nogal mee te vallen en snel was het allemaal weer zoals het enkele maanden eerder was.

Zal het nu ook zo gaan? Of zullen we inderdaad moeten gaan wennen aan ‘het nieuwe normaal’ waar de bazen van ons land het nu steeds over hebben? Zal de ‘anderhalve-meter-samenleving’ maanden of misschien zelfs jaren het gevestigde patroon worden? Het lijkt er in elk geval wel op dat ons leven er voorlopig op allerlei terreinen nogal anders uit zal zien dan we tot voor ruim twee maanden geleden gewend waren. Maar, de eerste stappen naar versoepeling van allerlei overheidsmaatregelen zijn intussen gezet. Ook door mij.

Dinsdag j.l. kon ik weer naar de kapper. Weliswaar met afspraak, zodat er geen andere wachtenden zouden zijn. De kapper droeg keurig een mondkapje. Ik moest ernaar gissen in hoeverre hij zijn spullen na de vorige knipklant keurig had gereinigd. Misschien wel, en was dat dan de reden dat hij nu vier euro meer vroeg dan gewoonlijk.
De dag daarna had ik weer mijn eerste afspraak bij de pedicure. Mevrouw Natasha zag er wat wonderlijk uit achter haar gezichtsbescherming en beschermende kleding. Tussen haar en mij was een scherm van doorzichtig plastic. Ik was blij dat de behandeling plaats kon vinden en heb zonder problemen geaccepteerd dat het tarief een paar euro’s was verhoogd. Heel voorzicht gaan we nu ook ons sociale leven weer wat opstarten. Op woensdagavond dronken mijn vrouw en ik koffie bij een van onze buren—natuurlijk rekening houdend met de anderhalve-meter-regel! En dan waren er een paar Zoom-vergaderingen en natuurlijk de digitale kerkdienst op sabbat.

Vandaag (donderdag) is het Hemelvaartsdag. Het is een nationale feestdag, maar slechts een kleine minderheid van de bevolking beseft dat christenen vandaag gedenken dat het v40 dagen na Pasen de dag is dat Jezus Christus naar de hemel ‘voer’. Het is nu sinds jaar en dag een uitgaansdag. Met mooi weer zitten de stranden en de terrassen vol, en is het topdrukte bij Ikea en de meubelboulevards. Vandaag was het weliswaar fantastisch weer, maar de restaurants en de terrassen blijven nog tot 1 juni gesloten. Toch trok Nederland er massaal op uit en kwam de anderhalve-meter-samenleving van het nieuwe-normaal ernstig onder druk te staan.

Mijn vrouw en ik vonden ook dat we wel toe waren aan een dagje uit. We besloten een ritje te maken door onze Flevopolder, dan via de dijk van Lelystad naar Enkhuizen, om vervolgens wat dorpjes te verkennen in de kop van Noord-Holland. Voordat we Zeewolde uitreden konden we bij een van drie plaatselijke benzinestations even een paar flesjes water en een paar gezonde knäckebroodjes bemachtigen. Drie kwartier later zagen we aan het begin van de Knardijk op een parkeerplaats twee kraampjes met etenswaar staan—natuurlijk zonder tafeltjes en stoelen, maar we konden in elk geval twee bekertjes koffie (van zeer matige kwaliteit) bemachtigen. Maar, à la, in het ‘nieuwe normaal’ kan je niet al te kritisch zijn, nietwaar? Bij onze inspectie van de Noord-Hollandse dorpen zochten we na enige tijd vooral ook naar een etablissement met sanitaire voorzieningen. Bij een oprit naar een snelweg lachte het geluk ons toe: zowaar een benzinestation met toiletten die open waren en een winkel met o.a. krentenbollen. En op de terugtocht naar huis vonden we ook nog een cafetaria waar we een zakje patat konden kopen, dat we dan natuurlijk wel in de auto zittend moesten verorberen.
Zo zag ons dagje in het ‘nieuwe normaal’ eruit. Ondanks de beperkingen genoten we ervan!

Natuurlijk beseffen we de ernst van de pandemie. En we prijzen ons gelukkig dat we onbesmet zijn gebleven en dat we niet in een land leven waar onverantwoordelijke geestelijk gestoorden zoals Trump en Bolsenaro aan de touwtjes trekken. Intussen hopen we dat de situatie zich in ons land zo ontwikkelt dat we over ongeveer tien dagen ook weer gebruik kunnen gaan maken van het openbaar vervoer, mits we een mondkapje dragen en we ook weer gebruik kunnen gaan maken van de horeca. We zijn er klaar voor: een eerste stapeltje mondkapjes ligt al op tafel in onze woonkamer.

PS
Ook in de kerk ontwikkelt zich het ‘nieuwe normaal’. Iemand van de Adventgemeente in Den Haag belde mij gisteren en zei dat men op 3 juli weer een echte kerkdienst hoopt te houden. Zij herinnerde mij eraan dat ik voor die datum op hun preekrooster sta.
Dat noem ik goed nieuws.