Sabbat in Hellas

 

[Athene, zaterdagmorgen 14 mei]  We zijn met de groep aan de laatste drie dagen van onze reis begonnen en zijn neergestreken in het Chrystal City Hotel in Athene. Het is een alleszins acceptabel hotel, maar het ligt niet in de beste buurt van de stad. Toen ik gisteren tegen de avond even de route ging verkennen naar de plaatselijke Adventkerk viel het me op dat de politie overal in flinke sterkte zichtbaar is en struikelde ik op sommige plekken over de drugsgebruikers en daklozen. Athene is niet alleen de stad die ons herinnert aan de hoogtijdagen van de klassieke beschaving, maar laat ook alle tekenen zien van het verval van de westerse cultuur, die een grote stad met vier miljoen inwoners naar zich toe trekt. Het is niet alleen de stad die symbool staat voor de wijsheid van mannen als Socrates en Plato en de stad van machtige monumenten als de Acropolis (waar we morgen naartoe zullen gaan). Maar de stad staat ook heel hoog op de lijst van steden met een verstikkende CO2-uitstoot en scoort hoog in de statistieken van geweld en misdaad.

 

Straks zullen we, nadat we later dan gewoonlijk hebben ontbeten, naar de Adventkerk wandelen. De wandeling van minder dan tien minuten zal ons laten zien hoe noodzakelijk het is dat het evangelie van Jezus Christus ook hier aan de mensen wordt gebracht, om de onbekende, troosteloze mensenlevens die we op een afstand van nauwelijks enkele meters zullen passeren een nieuw perspectief te bieden. Het benadrukt tegelijkertijd ook onze menselijke onmacht. Hoe bereik je degenen die fysiek zo dichtbij je zijn, maar die in een eigen wereld leven waarmee je niets gemeen hebt?

 

Gisteravond stond ik daar tijdens de overdenking aan het begin van de wekelijkse rustdag even bij stil. We lazen het gedeelte uit het boek Handelingen dat ons vertelt over Paulus’ ervaringen in Athene. Hoe moest hij in vredesnaam zijn boodschap gaan brengen in het Athene van zijn tijd, dit centrum van zo veel culturen en meningen, waar Christus een grote Onbekende was?

 

Paulus zwierf door de stad en zocht naar aanknopingspunten die hem zouden kunnen helpen bij zijn werk. Hij ging het gesprek aan met mensen die hij tegenkwam, waar hij ze ook maar ontmoette. Opmerkelijk is vooral dat hij in zijn gesprek met de filosofen die hij ontmoette een startpunt probeerde te vinden in hun eigen literatuur.  Paulus wist wat de Griekse dichters hadden geschreven en hoopte van daaruit een overstapje te kunnen maken naar wat hij zelf te zeggen had. Ook in onze tijd is dat noodzakelijk de cultuur te kennen van de mensen om je heen, je erin te verdiepen om van daaruit bruggetjes te slaan naar de bijbelse boodschap.  Op dat punt moeten we dikwijls nog veel leren.

 

Paulus had maar bar weinig succes in Athene. Ook daarin lijkt zijn Atheense ervaring veel op die van ons, in onze verwereldlijkte maatschappij die nog nauwelijks weet heeft van de christelijke waarden die wij hoog willen houden. Toch verloor Paulus de moed niet en was ook een heel klein beetje succes voor hem voldoende om stug door te gaan.

 

Ik zal straks de preek houden in de Griekse Adventkerk in Athene. Ik mag in het Engels preken en zal vertaald worden door de leider van de kleine Adventkerk in Griekenland, ds. Apostolos Maglis. Al meer dan veertien jaren stuurt hij het kleine groepje Adventpredikanten aan die samen voor ongeveer 500 leden zorgen en op alle mogelijke manieren proberen te evangeliseren. Hun werk is nog net zo moeilijk als het was in Paulus’ dagen.

 

In hetzelfde gebouw waar een Griekssprekende gemeente samenkomt is een ruimte waarin gelijktijdig een Roemeense Adventgemeente haar eredienst houdt. In Griekenland heeft de Adventkerk—zoals in Nederland en veel andere Europese landen het geval is—te maken gekregen met omvangrijke immigratie. Ook dat is een realiteit die onomkeerbaar is geworden. Het is goed om als Nederlandse adventisten dat ook eens in een ander land te ervaren. We weten immers hoe de culturele diversiteit verrijkt, maar ook voor uitdagingen zorgt. In Hellas is dat niet anders. Al met al rekenen wij op een interessante en ‘gezegende sabbat.’