Muur

 

Tegenwoordig komen mijn oudste zus en haar man tenminste eens per jaar naar Nederland, vanuit Canada waar ze bijna vijftig jaar geleden naartoe emigreerden. De laatste jaren is het traditie geworden dat wij ze tijdens hun Nederlandse verblijf een paar dagen meenemen op een korte stedentrip ergens in het nabije Europa. Na London, Parijs en Luxemburg besloten we dit keer naar Berlijn te gaan.

 

Berlijn is het bezoeken meer dan waard. Allereerst zijn er de plekken met de bekende namen: zoals de Brandenburger Tor, de Rijksdag, de Unter den Linden boulevard en de Kurfürstendam.  Er zijn toppers als het zomerpaleis Charlottenburg en het Pergamom museum—een lustoord voor iemand die in de antieke wereld is geïnteresseerd. Door zijn ligging in wat destijds Oost-Berlijn was, was dit unieke museum lange tijd wat lastig om het te bezoeken.

 

Maar er is ook een andere kant aan een Berlijns bezoek: de herinnering aan de waanzin van de Stasis, en van de meedogenloze DDR en het ‘IJzeren Gordijn’. De Kaiser Wilhelm Gedachtnis Kirche is een even imposant als tragisch monument van wat mensen elkaar in oorlogstijd aandoen. Checkpoint Charlie en het museum dat erbij hoort riep sterke herinneringen bij mij op aan de paar keer dat ik in de tijd van de Koude Oorlog dat punt met een heel ‘unheimisch’ gevoel passeerde. Vlakbij is nog een stuk van ‘de muur’. Eigenlijk helemaal niet zo dik en helemaal niet zo hoog als veel mensen wellicht denken, maar als een oneindig, grauwe lint met daarnaast  een zone van leegte die met kijkers werd bespied en met schijnwerpers constant in het licht werd gehouden, was het destijds aan gruwelijke scheidslijn die niet alleen een volk, maar ook families en mensen die van elkaar hielden, van elkaar gescheiden hield.

 

Onwillekeurig doet de Berlijnse muur me denken aan twee andere muren. In de eerste plaats aan dat verschrikkelijke hek waarmee Israel de Palestijnse gebieden heeft afgesloten. Maar in de tweede plaats aan de muur die ooit in Jeruzalem door het tempelcomplex liep als onverbiddelijke scheidslijn tussen joden en heidenen. Paulus schreef over die muur in zijn brief aan de Efeziërs. Hij legt er de nadruk op dat ‘in Christus’ die ‘muur die scheiding maakte’ definitief ongeldig was geworden. Wie Christus heeft aanvaard heeft ontkent trouwens de geldigheid van alle muren die mensen verdeeld houden . In Christus heeft het verschil tussen joden en heidenen opgehouden te bestaan. In Hem is de verdeeldheid tussen mannen en vrouwen, tussen mensen van verschillende sociale rangen en standen, en tussen mensen van verschillende huidskleur of etnische afkomst, opgegeven. Want we zijn ten diepste één geworden, omdat we dezelfde Heer hebben.

 

Voor volgers van Christus zijn dus alle verschillen die mensen verdeeld houden en waardoor muren zijn opgetrokken, definitief van de baan. Er mag geen verschil meer zijn in status tussen mannen en vrouwen, tussen mensen van verschillende seksuele geaardheid, tussen intellectuelen en ongeschoolden, tussen ‘geestelijken’ en ‘leken’, tussen Nederlanders en Marokkanen, tussen katholieken en protestanten, tussen liberalen en conservatieven. Enzovoort, enzovoort.

 

Helaas is de praktijk nog aanzienlijk weerbarstiger dan de leer. Niet alleen voor PVV-stemmers, maar ook voor allen die zich christenen noemen.