Monthly Archives: Februari 2020

De dood en het leven hierna

Mijn blog staat al jarenlang aangekondigd als ‘bijna wekelijks.’ Voor zover ik mij kan herinneren heb ik in al de jaren dat ik nu een blog schrijf niet een keer een week overgeslagen. Maar vorige week is dat dus wel gebeurd. Met mijn vrouw was ik in de Verenigde Staten. Ik kreeg daar, zoals in een eerdere blog vermeld, een onderscheiding voor mijn kerkelijk werk. Verder had ik er afspraken voor een paar lezingen en preken en hadden we weer eens de kans een aantal goede vrienden die in de omgeving van de Loma Linda Universiteit wonen te bezoeken. We besloten echter onze reis voortijdig af te breken toen bleek dat de gezondheidstoestand van de zus van mijn vrouw kritiek werd. Drie dagen na onze terugkeer overleed zij.

Een overlijden in je directe omgeving—-van een familielid of goede vriend—-bepaalt je weer eens extra bij de broosheid van het bestaan. En regelmatig ziekenhuisbezoek, zoals voor mij en mijn vrouw gedurende een aantal weken het geval was, heeft een soortgelijke uitwerking. Je ziet er te veel blijken van fysieke afbraak en narigheid! Maar ook vanuit je kring van familie, (oud)collega’s, vrienden, buren en andere bekenden komen ontstellend vaak berichten over tia’s, infarcten, bypasses, kunstheupen en kanker-diagnoses. Je gaat je soms bijna schuldig voelen als je tot dusverre alleen maar wat last van te hoge bloeddruk en of een verhoogde suikerspiegel hebt. Bij dat alles is het zaak om jezelf er ook steeds aan te herinneren dat er gelukkig ook veel gezonde mensen zijn en dat er nog steeds massa’s mensen zijn die haast probleemloos over de drempel van de negentig heenstappen. Volgens recente gegevens zijn er nu zelfs meer dan 2100 honderdjarigen in Nederland!

Toevallig (ja, ik denk wel dat dit toevallig is) komt ook juist deze week de Nederlandse versie van mijn boek over dood, opstanding en eeuwig leven van de pers. Het is gebaseerd op het onlangs in het Engels verschenen I HAVE A FUTURE: CHRIST’S RESURRECTION AND MINE. De Nederlandse titel is: IK HEB EEN TOEKOMST: over dood, opstanding en eeuwig leven. Het boek is uitgegeven door de Nederlandse Adventkerk en kan besteld worden via het service centrum van de kerk: https://www.servicecentrum-adventist.nl/a-59051024/welkom/ik-heb-een-toekomst/ De prijs is € 12,95.

Het is aan anderen om een oordeel te vellen over de inhoud van het boek. Voor mijzelf was het schrijven ervan een intense, maar fijne, ervaring. Het hielp mij om op een gestructureerde manier de problematiek rond dood en opstanding te doordenken. Geloof ik echt dat er leven is na de dood? Is er voldoende grond om daaraan vast te houden? Is het evangelieverhaal van Jezus’ opstanding echt geloofwaardig? En als er eeuwig leven is, hoe ziet dat er dan uit? Ik heb niet op al mijn vragen een definitief antwoord gevonden, maar het was een heel opbouwend proces. Ik heb de indruk dat dit boek tot het beste behoort wat ik tot dusverre heb geschreven. Maar misschien zullen sommige lezers daar anders over denken. Ik ben benieuwd. In ieder geval hoop ik dat mijn bespiegelingen tenminste een aantal mensen zullen helpen om ook antwoorden te vinden op hun vragen rond leven en dood.

Dan nog even dit: In veel boeken van adventistische bodem wordt heel frequent geciteerd uit het werk van de bekendste adventistische auteur, Ellen G. White. Dat heb ik bewust niet gedaan. Mijn argumentatie is gebaseerd op de Bijbel en ik heb in mijn woordgebruik en algehele aanpak er heel bewust naar gestreefd dat ook lezers met een niet-adventistische achtergrond zich aangesproken zullen voelen. Of me dat is gelukt zal ook moeten blijken. Eventuele reacties van lezers zijn welkom!

De Charles Elliott Weniger stichting

Niemand kan verbaasder zijn dan ik was toen ik afgelopen juli een bericht ontving van dr. Bernard Taylor, de voorzitter van de Charles Elliott Weniger Society for Excellence, dat ik dit keer een van de vier personen ben die door het bestuur van deze stichting was gekozen om de Charles Elliott Weniger Award of Excellence te ontvangen.

Dit was wat hij mij bij wijze van uitleg schreef: Als hoofd van de theologisch faculteit, professor Engels, en begaafd spreker, beïnvloedde Charles Elliott Weniger een generatie van predikanten door zijn colleges in homiletiek aan de adventistische Andrews Universiteit in de jaren ’50 van de vorige eeuw. Zijn studenten herinnerden hem vanwege zijn kwaliteit en zijn vriendelijkheid–die twee aspecten blijken een inspirerende combinatie te zijn. In 1974, tien jaar na de dood van Dr. Weniger, richtten drie van zijn vrienden de stichting op om zijn nagedachtenis en de kwaliteiten van uitmuntendheid die in zijn leven voorop stonden te eren. Door middel van de jaarlijkse onderscheidingen probeert de stichting adventisten te eren die met vergelijkbare belangrijke karaktereigenschappen een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan hun kerk en de wijdere gemeenschap.

Dr. Taylor informeerde mij dat de onderscheidingen voor 2020 zullen worden uitgereikt tijdens een ceremonie in Loma Linda op 15 februari. Naast mijzelf worden de volgenden drie personen geëerd: Dr. Andrea T. Luxton, president van Andrews University, Dr. Richard T. Hart, president van Loma Linda University en Dr. A Danoune Diop, hoofd van de afdeling publieke zaken en godsdienstvrijheid van de Adventistische wereldkerk.

De onderscheidingen worden nu al zo’n 45 jaar uitgereikt en vele leiders en academici in de kerk zijn vereerd met deze ‘award of excellence’. Onder hen zijn vooraanstaande mannen en vrouwen als Jan Paulsen, Bert B. Beach, Nils-Erik Andreasen, Ella Simmons, Lyn Behrens, Roy Branson, William Johnsson, Richard Rice en Fritz Guy – om slechts enkelen van hen te noemen.

De ceremonie op 15 februari begint om 16.30 uur en vindt plaats in de Loma Linda Universiteitskerk. Het zal worden gestreamd via de LLBN (Loma Linda Broadcasting Network). Voor geïnteresseerden is de link: https://www.llbn.tv/home. Let op: 16.30 uur is de lokale tijd in Californië, dat is 1.30 uur (volgende dag) Nederlandse tijd en 2.30 uur (volgende dag) Engelse tijd.

Het Coronavirus – ‘een teken des tijds’?

Op het moment dat ik deze blog schrijf zijn al meer dan 400 mensen in China aan het Coronavirus bezweken en zijn er meer dan 20.000 gevallen van besmettinggemeld. In Nederland is het virus nog niet opgedoken, maar vandaag werd bekend dat een van de Belgen die uit Wuhan zijn geëvacueerd het virus heeft meegenomen. De wereldgezondheidsorganisatie neemt de zaak ernstig op en alom wordt er rekening mee gehouden dat de ziekte zich zal uitbreiden en nog wereldwijd veel slachtoffers zal vergen.

Veel lezers van het Matteüs evangelie zullen onwillekeurig moeten denken aan de woorden van Jezus in het vierentwintigste hoofdstuk, waarin hij voorzegt dat er allerlei rampen gaan komen voordat de wederkomst plaatsvindt. Als een van de rampspoeden wordt in de Statenvertaling melding gemaakt van ‘pestilentiën’ (vers 7). De Herstelde Statenvertaling vertaalt dit als ‘besmettelijke ziekten’. In de nieuwere Nederlandse bijbelvertalingen wordt dit aspect van de zgn. ‘tekenen der tijden’ niet apart vermeld. De Engelse King James Version noemt ook de ‘pestilences” die gaan komen, terwijl meer recente Engelse vertalingen dit aspect ook niet expliciet vermelden. Mijn kennis van het nieuwtestamentisch Grieks is nog net voldoende om in mijn Griekse Nieuwe Testament te ontdekken dat de nieuwere vertalingen correct zijn.
Maar, hoe dan ook, het coronavirus is een ernstig probleem en door de enorme globalisering is het gevaar van wereldwijde verspreiding uiteraard sterk toegenomen. Maar is het een teken van het naderend einde?

En wat te zeggen van de Brexit? Is het een vervulling van de laatste fase van de profetie van het beeld waarvan Koning Nebukadnezar droomde? Zien we voor onze ogen dat de ‘koninkrijken’ die op het grondgebied van het Romeinse Rijk ontstonden geen blijvende eenheid zullen vormen, zoals de profetie voorspelde? En wat te zeggen van de politieke spanningen en de vele oorlogen en van de oorlogsdreiging die steeds weer voelbaar wordt? En van de aardbevingen waarvan we steeds horen? Daarbij denk ik dan niet zozeer aan de herhaaldelijke aardschokken in de provincie Groningen, hoe vervelend die ook zijn, maar aan bevingen die voorbij ‘zeven’ op de Richterschaal gaan.

Zijn het allemaal ‘tekenen der tijden”? Voor sommigen is dat ongetwijfeld zo. Als ze deze dingen zien, dan kan het, zo concluderen zij, niet lang meer duren. Dan staat de komst van Christus voor de deur, misschien nog tijdens hun leven! Anderen halen hun schouders op en wijzen erop dat er altijd vreselijke rampen hebben plaatsgevonden. In de afgelopen dagen heb ik herhaaldelijk de vergelijking horen maken tussen het Coronavirus en de Spaanse Griep. Aan die epidemie in de jaren 1918-1919 zijn tenminste twintig miljoen mensen gestorven. Sommige historici denken dat er zelfs zo’n honderd miljoen doden waren.

Het is belangrijk om een en ander in een deugdelijk bijbels kader te plaatsen. Uit het Nieuwe Testament blijkt dat de ‘eindtijd’ de periode is tussen de eerste en de tweede komst van Christus. En gedurende die gehele periode zijn er steeds ‘tekenen’ die ons eraan herinneren dat er een eind gaat komen aan de geschiedenis. We zitten in de laatste fase. In het Grieks wordt het woord ‘semeion’ gebruikt. Dat wordt over het algemeen met ‘teken’ vertaald. Het is echter geen wonderteken. Daar heeft het Grieks een ander woord voor. Misschien is het woord ‘signaal’ nog de beste weergave. Er zijn steeds signalen geweest dat de tijd niet altijd maar gaat voortduren. En die signalen zijn er ook in onze tijd en het is belangrijk dat we ze als zodanig herkennen.

Sommigen zullen zeggen: Maar die eindtijd duurt dan toch wel erg lang—-nu al zo’n tweeduizend jaar. Ja, dat lijkt wel lang, als we tenminste uitgaan van een begin van deze wereld in een betrekkelijk kort verleden, misschien 6.000 tot 10.000 jaar terug. Voor degenen (en daar reken ik mijzelf ook bij) die het begin, toen God zijn scheppingsproces in beweging zette, mogelijk veel verder in het verleden zien, is een eindtijd van 2.000 jaar een relatief korte tijd—-zeker in goddelijk perspectief. Maar hoe we daar ook over mogen denken, de ‘signalen’ blijven ons er steeds aan herinneren dat er een einde komt aan de geschiedenis en dat de belofte van een nieuwe wereld werkelijkheid gaat worden.