Op de helft

 

Het is nu ongeveer tweeëneenhalf jaar geleden dat de Adventkerk in Atlanta (VS) bijeenkwam voor haar vijfjaarlijkse wereldcongres. We hebben dus zo ongeveer het midden bereikt van deze bestuursperiode. Het is een goed moment om eens te zien wat er zoal is gebeurd. De keuze die de kerk destijds maakte voor Wilson als president was een duidelijk signaal dat velen een andere (meer behoudende) koers wilden inslaan. Is dat ook inderdaad wereldwijd gebeurd? En zo ja, is dat een blijvende koerswijziging?

Ik heb niet de pretentie dat ik die vragen afdoende kan beantwoorden. Maar het ligt voor de hand dat ze me wel bezighouden. Al enige tijd heeft de Adventkerk zich steeds meer ontwikkeld in de richting van een hiërarchisch systeem, waarbij degene die aan de top staat heel veel macht heeft gekregen. Generale Conferentievoorzitters hebben een steeds duidelijker stempel op het beleid van de kerk gedrukt.  Dat was sterk het geval in de tijd van Robert Folkenberg, de creatieve alles-manager, die per dag meer ideeën had dan zijn staf in een jaar kon uitvoeren. Bij zijn opvolger, Jan Paulsen, was die tendens minder uitgesproken zichtbaar, hoewel hij ook diverse ‘presidentiele initiatieven’ lanceerde. Maar sinds 2010 zijn het vooral de projecten die Wilson vanaf dag één van zijn voorzitterschap heeft gepromoot die de boventoon voeren in het beleid / actieprogramma van de kerk.

Wat waren/zijn de belangrijkste onderwerpen waarover we sinds medio 2010 voortdurend hebben gehoord?  Volgens mij gaat het vooral om:

  1. Opwekking en Hervorming
  2. Trouw aan de Bijbel volgens traditionele uitlegprincipes
  3. Een grotere aandacht voor het werk van Ellen White
  4. Massale verspreiding van ‘De Grote Strijd’
  5. Een letterlijke schepping in zes dagen in het nabije verleden
  6. De rol van de vrouw in de kerk (inzegening)
  7. Het weren van niet-ZDA invloeden
  8. Proactief optreden tegen vormen van ‘gevaarlijke’ spiritualiteit
  9. Zorg om de eenheid (uniformiteit?) van de kerk
  10. Het evangeliseren in de grote steden, te beginnen met New York
  11. Nadruk op ‘gezondheidsboodschap

Hoe staat het met al deze aandachtsgebieden? Het lijkt het erop dat niet overal al deze thema’s echt zijn aangeslagen.  De slogan ‘Revival and Reformation’ zijn inmiddels geleidelijk aan weer wat naar de achtergrond verdwenen. Met de massale verspreiding van ‘De Grote Strijd’ is het anders gelopen dan aanvankelijk de bedoeling was. In veel landen heeft men dat project geen hoge prioriteit gegeven. Waar men dat wel heeft gedaan is er voornamelijk sprake van het verspreiden van een sterk ingekorte uitgave van ongeveer honderd bladzijden.  Ten aanzien de inzegening van de vrouw lijkt de president op meer weerstand te stuiten dan hij ongetwijfeld hoopte.  Of de grootscheepse activiteiten in New York en elders veel vrucht zullen hebben moet nog blijken.  Andere aspecten zijn moeilijk meetbaar en pas op langere termijn zal duidelijk zijn of er sprake is van een blijvende kentering. Zijn veel kerkleden intensiever in de Bijbel gaan lezen? Wordt er in de gemiddelde gemeente meer aandacht gegeven aan Ellen White?  Worden er nieuwe methoden ontwikkeld om op een relevante manier de thema’s van geloof en gezondheid aan elkaar te koppelen?

Wie wil weten hoe geloofsgemeenschappen zich ontwikkelen, moet eerst afstand kunnen nemen. Pas over geruime tijd—misschien vijftien of twintig jaar—zullen we weten hoeveel of hoe weinig ‘succes’ de Wilson-initiatieven hebben gehad. Want terwijl de kerkelijke communicatiekanalen gedurende een bepaalde periode een heleboel aandacht aan de projecten-van-dat-moment besteden, zijn er in veel plaatselijke gemeenten heel andere processen gaande en dringt lang niet alles wat ‘van boven’ komt tot aan de basis door. En de invloed van de leiders van de wereldkerk moet niet worden overschat.  Hun invloed kan weer snel tanen. Mannen als Robert Pierson en Robert Folkenberg zijn inmiddels voetnoten in de annalen van de Adventgeschiedenis.

Of de kerk zich in het algemeen naar ‘links’ of naar ‘rechts’ beweegt wordt niet in de eerste plaats beïnvloed door initiatieven vanuit het hoofdkantoor van de kerk. Daarbij spelen ook allerlei ontwikkelingen in de maatschappij, en in de manier waarop mensen denken, een grote rol. Te vrezen valt dat ook in de Adventkerk, net als in vele andere geloofsgemeenschappen, de polarisatie verder toeneemt. Verder valt het niet te ontkennen dat in onze westerse, postmoderne wereld hiërarchische systemen op steeds meer weerzin stuiten en als irrelevant worden ervaren. Het lijkt erop dat dit binnen de top van de Adventkerk onvoldoende wordt begrepen.

Het is onmogelijk te voorspellen hoe deze fase in de geschiedenis van het adventisme verder zal verlopen en of in 2015 de huidige koers zal worden voortgezet. De tijd zal uitwijzen wat tot zegen van de kerk is geweest en wat wellicht beter achterwege had kunnen blijven. Maar bij alle twijfel en zorgen ik blijf geloven in de rol van de Geest die het schip van de kerk, ondanks allerlei bedenkelijke menselijke maneuvers, steeds weer in de richting van de haven zal weten te loodsen.