Crisis

 

Nederland heeft sinds mensenheugenis een coalitieregering.  Dat voorkomt na verkiezingen enorme verschuivingen naar links of naar rechts. Door het smeden van compromissen tussen meerdere partijen, die samen een beleid moeten maken, blijft de koers redelijk in het centrum.  Nu we een coalitie hebben van een liberale partij en een socialistische partij is dat ook weer het geval. Maar dit keer is er wel wat bijzonders aan de hand. Er is deze keer geen regerings- of gedoogpartij bij betrokken met een religieuze basis. En dat gaan we merken.

Bij het in elkaar zetten van het regeerakkoord werd al meteen duidelijk dat elke terughoudendheid ten aanzien van winkelen op zondag in de toekomst van de baan is. Als de gemeente Heerhugowaard of de gemeente Zeist vinden dat de Hema en de Blokker elke zondag open mogen zijn, dan is dat prima.  En als men in Urk en op Tholen vindt dat de Dag des Heren niet ontheiligd mag worden door te gaan shoppen dan kan men daar plaatselijk toe besluiten.

Geleidelijk aan horen we ook van allerlei andere plannen. De oude wet die godslastering verbiedt zal binnenkort worden ingetrokken. Weliswaar werd die maar heel zelden toegepast, maar een deel van christelijk Nederland is door dit besluit toch onaangenaam getroffen.  Het afschaffen gaat onder het mom van vrijheid van meningsuiting . . . Maar is er ook niet nog zo iets als algemene beschaving?

Ook op het punt van de weigerambtenaar worden de zaken aangescherpt. Iedereen die vanaf nu ambtenaar wil worden bij de burgerlijke stand moet ook bereid zijn om huwelijken tussen homo’s te sluiten.  Nieuwe ambtenaren kunnen zich niet meer beroepen op gewetensbezwaren, zoals dat tot nu toe mogelijk was.  Ook als je niet perse tegen het homohuwelijk bent, zou je je kunnen voorstellen dat er ambtenaren zijn die er vanuit hun religieuze overtuiging niet aan mee willen werken. Maar daar is straks geen ruimte meer voor.

De regeringspartijen hebben ook bedacht dat er tien miljoen euro gespaard kan worden als het gratis vervoer van schoolkinderen naar scholen met een religieuze grondslag wordt afgeschaft.  En er viel ook nog een en ander weg te snijden bij de omroepen.  Naast de forse bezuinigingen op de publieke omroep die al eerder werden gepland, heeft de staatssecretaris nu aangekondigd dat alle religieuze mini-omroepen gaan verdwijnen. Alle overheidssteun voor IKON, ZVK, RKK, joodse Omroep, etc. wordt ingetrokken.

Dat is wat er de afgelopen weken bekend is geworden. Wie weet wat er nog meer volgt. Zijn dit toevalligheden, of zijn het niet te miskennen signalen dat de godsdienst steeds verder uit het publieke leven wordt verbannen, tot ‘achter de voordeur’? Atheïsten en agnosten die een strikte scheiding tussen kerk en staat bepleiten zijn overwegend blij  met deze initiatieven.  Maar ook veel anderen vinden het wel best. Want waarom zou de overheid zich met religieuze zaken bezighouden, laat staat ervoor betalen?

Uiteraard zijn er dingen waarmee de staat zich niet moet inlaten. Interne kerkelijke zaken mogen niet afhankelijk zijn de mening van de overheid. Maar godsdienst is een belangrijk aspect van het leven van een heel groot deel van de burgers en een overheid moet er voor zorgen dat er voldoende faciliteiten zijn om ook dat aspect recht te doen. Net zo goed als de staat ervoor moet zorgen dat er een gunstig klimaat is voor een goed cultureel leven en dat er voldoende faciliteiten zijn voor sport. De publieke ruimte voor het geloof dreigt echter steeds meer in het gedrang te gaan komen, tenzij er in de Senaat nog voldoende tegenspel wordt geboden.

Nederland is van een traditioneel, behoudend Calvinistisch land veranderd in een van de meest geseculariseerde landen van Europa.  Is dat erg? In bepaalde opzichten is het daardoor wellicht juist een plezieriger land geworden waarin we allemaal wat meer ruimte hebben gekregen.  Maar jammer genoeg is God niet alleen uit Jorwerd verdwenen (zie de titel van het bekende boek van Geert Mak) maar wordt Gods verdwijnen nu op nationale schaal door de overheid gepromoot.  Het proces van  steeds verdere secularisatie is nog steeds gaande. De overheid helpt ten onrechte zelfs een handje mee en zet degenen die de religie nog wel een belangrijke plek in hun leven toekennen steeds verder op achterstand. En dat is, dunkt me, ernstiger dan dat we, als gevolg van de crisis, een paar procent van onze koopkracht moeten inleveren.