En nog een dag

 

Dinsdagavond.  Opnieuw een dag in de wereld van de oecumene. Wie denkt dat de christelijke kerken op het punt staan te versmelten en of elkaar snikkend in de armen vallen en alle theologische geschillen vergeten, moet maar eens een dagje naar Genève komen. Het angstbeeld van veel adventisten van één superkerk waarin de grootste gemene deler alle onderscheid en eeuwenoude twistpunten heeft weggenomen kan nog wel even in de kast worden opgeborgen. De eenheid is nog volop ‘werk in uitvoering.’

 

Maar de verscheidenheid is wel boeiend en op bepaalde momenten ook inspirerend, zoals bij de dagelijkse morgenwijding—voordat de beraadslagingen beginnen. Toen ik in Engeland woonde ging ik nog wel eens naar de verspers in de kathedraal van St. Albans en genoot ik van de hoog-kerkelijke liturgie van Bijbellezingen, koorzang en gebeden. Daar leek het gistermorgen en ook vanmorgen wel wat op, maar dan met vleugjes uit diverse tradities en in diverse talen. Ik was onder de indruk van de ernst en devotie rondom me. 

 

Maar na tientallen jaren oecumenische betrokkenheid blijft er onder de lidkerken de nodige achterdocht en ongenoegen te bespeuren. De beslissing van gisteren om in 2013 de tiende assemblee van de Wereldraad in Korea te houden is vooral bij de Oosters- en Grieks Orthodoxe kerken heel slecht gevallen en de heftige discussies echoden vandaag nog flink na. Waarom was Damascus als mogelijke locatie voor dit grote oecumenische gebeuren afgewezen? Het zou toch een prachtig teken van solidariteit zijn geweest in de richting van de christenen in het Midden-Oosten die best een steuntje van de christelijke wereld kunnen gebruiken! Ja, dat klinkt ook mij wel redelijk in de oren.

 

Maar vandaag speelde vooral ook een andere kwestie die de orthodoxe gemoederen bezig hield. In diverse documenten werd gesuggereerd dat de Wereldraad moet proberen opener te zijn naar de Rooms-Katholieke Kerk, maar vooral ook naar andere christenen. Hoewel niet met name genoemd is het iedereen duidelijk dat met die laatsten vooral pinksterkerken worden bedoeld. En daar moeten de orthodoxen niets van hebben. Dat is een lastige probleem. De Wereldraad doet al jaren alle moeite om de orthodoxe kerken binnen de oecumenische boot te houden, maar hoe lang gaat dat lukken? Het zijn ten slotte merendeels relatief kleine kerken, die soms een onevenredig grote stem in het kapittel willen hebben. En als we het over de pinkstergemeente hebben gaat het wereldwijd om vele honderden miljoenen mensen. Daar kun je niet steeds aan voorbijgaan.

 

In de pauzes waren er ook vandaag allerlei interessante ontmoetingen. Bij de morgenkoffie stond een methodistische bisschop uit Nigeria naast me. Met interesse bekeek hij het naamkaartje op mijn revers. Hij begon over Babcock University, de adventistische universiteit in Nigeria, waar hij niets dan lof over had. Kende ik ook de vorige rector van Babcock, vroeg hij me—een zekere dr. Alalade?  Ja dus, die kende ik tamelijk goed vanuit mijn Afrikaanse periode en ook van latere ontmoetingen. De wereld is dus klein. 

 

De vertegenwoordiger van de Protestantse Kerk Nederland—Marloes Keller—had ik nooit eerder ontmoet. Zij maakte mij attent op een andere landgenoot, ds. Jan Gerd Heetderks. Hem was ik wel eerder tegengekomen. Hij was de eerste voorzitter van de PKN en is nu de man die de communicatie voor de PKN verzorgt en als PKN-woordvoerder optreedt. Hij vertelde me dat hij ooit een gemeenteavond voor de Adventgemeente in Dordrecht had verzorgd! Mijn middagmaal was gratis, dank zij een afspraak met twee adventistische journalisten uit respectievelijk Duitsland en Zwitserland.

 

Nu, na het schrijven van deze weblog en wat e-mail houd ik het, wat ‘werk’ betreft, voor vandaag voor gezien. Nog een uurtje met de nieuwste advocaten-roman van Grisham, ‘The Associate’. Voorwaar, het soort ontspanning waarmee je een dag wilt besluiten!