Daily Archives: Juli 4, 2010

Atlanta – zondagmorgen (the day after)

 

Vandaag kunnen mijn vrouw en ik op adem komen voordat we morgenochtend weer onze koffers pakken en naar Nederland terugkeren. Ik neem aan dat hetzelfde geldt voor de officiële Nederlandse delegatie, maar die heb ik gisteren, te midden van de mensenmassa, niet meer gezien.

 

Het is met verwarrende gevoelens dat ik deze laatste blog vanuit Atlanta schrijf.

 

Het was heel fijn nog een keertje deel uit te maken van dit vijfjaarlijkse festijn—en als een klein radertje mee te helpen dit kerkelijk spektakel goed te laten verlopen. Als je beseft wat er allemaal voor komt kijken om zo’n gigantisch congres in goede banen te leiden, dan moet je vaststellen dat de kerk beschikt over legio echte professionals. Het was verder fantastische honderden vrienden en bekenden uit alle delen van de wereld tegen het lijf te lopen, even gedag te zeggen of wat langer mee te praten.

 

De afsluitende zendings-show van gisteravond—‘The Parade of Nations’—geeft een gevoel van trots en voldoening: je bent lid van iets van wereldwijde proporties. Je maakt deel uit van iets dat succesvol is. Je hebt je leven in dienst gesteld van een missie.  En het feit dat President Obama een persoonlijk brief schreef om ons congres te groeten laat ook zien dat het adventisme geen onbetekenend groepje mensen is, maar een beweging die meetelt.

 

Maar de preek van gistermorgen, die een hoogtepunt van het congres had moeten zijn, ervoer ik als ontmoedigend. De nieuwe voorzitter van de wereldkerk zette de klok dertig jaar terug. Hij riep de kerk op ‘voorwaarts’ te trekken, maar in mijn optiek was het vooral een dringende oproep om terug te keren naar een vorm van adventisme dat velen niet meer aanspreekt.

Zeker, er klonk keer op keer een luid ‘amen’ vanuit de Dome. Een groot deel van de bijna 70.000 aanwezigen stak hun vreugde niet onder stoelen of banken: Eindelijk weer een leider die het zegt zoals het is en de aloude waarheid ‘recht snijdt.’ Maar bij anderen was de frustratie van de gezichten te lezen.  (Voor wie de preek wil lezen: http://www.scribd.com/doc/33861749/Ted-N-C-Wilson-Sermon-Go-Forward.)

 

De preek en de polariserende gevolgen ervan waren gisteren het gesprek van de dag en dat zal zeker nog wel even zo blijven. Ik realiseer me dat ik vooral in gesprek was met mensen die min of meer gelijk gestemd zijn en die met mij hoopten dat Wilson ‘inclusief’ zou zijn en ruimte zou bieden (zoals zijn voorganger steeds deed) voor verschillende manieren om onze gezamenlijke idealen vorm te geven. Maar dat bleek niet het geval en tientallen mensen die ik sprak waren teleurgesteld en ontmoedigd. Een van de leiders van het hoofdkantoor van de kerk zei tegen mij: ‘Hij moet niet denken dat het alleen zijn kerk is, waarin het allemaal moet gaan zoals hij denkt dat het moet. Het is ook mijn kerk.’  Dat vat misschien ook wel het beste mijn reactie samen. En dat niet alleen. Het is Gods kerk. Met dat vertrouwen gaan we verder.

 

En, het is goed te bedenken dat één preek niet plotseling de kerk helemaal verandert. En ook dat er ook dingen door Wilson werden gezegd die we ons allemaal wel degelijk ter harte moeten nemen. Hij benadrukte ‘revival’ en ‘reformation’. Dat moeten we inderdaad altijd blijven bedenken: de kerk is ‘semper reformanda’, d.w.z. moet zich altijd bekeren en zich van haar fouten bewust zijn. En de kerk moet zich van haar identiteit bewust blijven en ‘anders’ blijven dan de kerken en bewegingen om haar heen. De ‘president’ van de kerk heeft daarbij grote invloed. Een nieuwe president heeft ook een eigen stijl, waaraan we even zullen moeten wennen. Maar de kerk heeft naast de voorzitter ook heel veel andere leiders die ook invloed hebben. Ik vertrouw erop dat de dialoog zal zegevieren en dat eenheid in verscheidenheid, en openstaan voor de uitdagingen van de 21e eeuw, ook de komende vijf jaar zal kenmerken.  Want alleen dan blijft ‘de waarheid’ –om ook maar eens een traditionele adventistische term te gebruiken—‘tegenwoordige waarheid.’